De gemeenteraad vergadert ingevolge een regelmatige bijeenroeping door de voorzitter volgens de regels van het Decreet Lokaal Bestuur.
De voorzitter opent de zitting aansluitend op de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn.
De voorzitter opent de zitting op 23/06/2025 om 21:00.
De beslissingen van de vergadering van de gemeenteraad van 20 mei 2025 werden genotuleerd.
De notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 20 mei 2025 omvatten de beslissingen van de gemeenteraad van 20 mei 2025 en moeten ter goedkeuring worden voorgelegd op de eerstvolgende gewone vergadering van de gemeenteraad, zijnde de vergadering van 23 juni 2025.
Geen.
Enig artikel
De gemeenteraad keurt de notulen van de vergadering van de gemeenteraad van 20 mei 2025 met eenparigheid van stemmen goed.
Het gebruik van de Leidraad als kader voor organisatiebeheersing werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 1 september 2015 en op de raad voor maatschappelijk welzijn van 20 juni 2016.
Artikel 219, lid 2 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de algemeen directeur aan het college van burgemeester en schepenen, het vast bureau, de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn rapporteert over het organisatiebeheersingssysteem uiterlijk op 30 juni van het daaropvolgende jaar.
De kwaliteitscoördinator stelt in opdracht van de algemeen directeur het jaarrapport op en zal het jaarrapport toelichten. Het jaarrapport werd in een andere vorm gegoten ten opzichte van vorige jaren, genaamd krantjesvorm. De keuze werd gemaakt om aan de slag te gaan met een beknoptere en luchtigere weergave van het rapport. Bijgevolg was er ook geen ambitie om zeer gedetailleerd te rapporteren. Er blijft natuurlijk steeds ruimte om extra vragen te stellen. Door in te zetten op dit type verslaggeving wordt er gehoopt dat het document toegankelijker wordt zodat de OCMW- en gemeenteraadsleden en bij uitbreiding ook de burgers dit zullen lezen en ze op die manier hun kennis en visie over de gemeente zullen verbreden.
Het jaarverslag organisatiebeheersing 2024 werd bijgevoegd.
Organisatiebeheersing is een geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen over:
Het organisatiebeheersingssysteem van het lokaal bestuur bepaalt hoe dit moet gebeuren (bv. de procedures, controlemaatregelen). Dat systeem beantwoordt minstens aan het principe van functiescheiding waar mogelijk en is verenigbaar met de continuïteit van de werking van de diensten. Een aantal onderdelen van dit systeem zijn ook decretaal bepaald (vb. visum).
Organisatiebeheersing is dus een middel om de doelstellingen te bereiken en een continue opdracht waar al de medewerkers dagelijks, al dan niet bewust, mee bezig zijn.
Geen.
Enig artikel
De gemeenteraad neemt kennis van de rapportering van de organisatiebeheersing van de algemeen directeur onder de vorm van bijgevoegd jaarverslag organisatiebeheersing 2024.
De gemeente en het OCMW van Overijse dienen op regelmatige basis grote en kleine elektriciteitswerken uit te voeren voor haar dagelijkse werking. Gezien de beperkte technische en organisatorische capaciteit van de technische ploeg van de dienst Facilitair Beheer, is het aangewezen om de dienst structureel te ondersteunen.
Er dient een overheidsopdracht opgestart te worden. Er is voldaan aan de wettelijke bepalingen om een vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking op te starten.
De dienst Facilitair Beheer stelt voor om een overheidsopdracht op te starten via een vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met bekendmaking op basis van het bijzonder bestek, zoals in detail toegelicht in het bijgevoegd bestek, met als voornaamste bepalingen:
Multilaterale raamovereenkomst voor het uitvoeren van diverse elektriciteitswerken in de gebouwen van de gemeente en het OCMW:
De aanbestedende overheid kiest de economisch meest voordelige offerte.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 694.064,63 euro excl. btw of 839.818,20 euro incl. btw.
Naar aanleiding van deze beslissing worden geen kredieten in de boekhouding vastgelegd. Bij het plaatsen van deelbestellingen in het kader van deze opdracht dient steeds een bestelbon te worden opgemaakt.
Artikel 1
Er zal een opdracht worden gegund met als voorwerp: 'multilaterale raamovereenkomst voor het uitvoeren van diverse elektriciteitswerken in de gebouwen van de gemeente en het OCMW'.
Artikel 2
Het bijgevoegd bijzonder bestek, de inventaris en het offerteformulier worden goedgekeurd.
Artikel 3
De kostprijs van de opdracht wordt indicatief geraamd op 694.064,63 euro excl. btw of 839.818,20 euro incl. btw.
In het jaar 2020 heeft men een verzoek ingediend om de dossiers, welke op de wachtlijst staan van AGION (O. 24424 en O.6869 Gemeentelijke Kleuterschool Lotharingenkruis) te bundelen als één subsidiedossier. Dit dossier omvat de afbraak van de Markthal en de realisatie van een nieuwbouw voor de scholen GITO en GBO. Hierbij verklaarde het college van burgemeester en schepenen in zitting van 31 oktober 2023 akkoord te zijn om het subsidiedossier volgens de standaardprocedure van AGION te laten verlopen.
In zitting van het college van burgemeester en schepenen van 9 februari 2024 werd het architectenteam B-architecten nv aangesteld als ontwerper van het project ‘Ontwikkeling Markthalsite’.
In de collegezitting van 25 februari 2025 werd het definitief ontwerp goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen.
In de periode van maart 2025 - juni 2025 werd door het architectenteam en de dienst Facilitair Beheer intensief gewerkt aan onder andere de voorbereiding van het AGION-subsidiedossier. Het subsidiedossier omvat een gedetailleerde meetstaat en raming per discipline, een samenvattende raming en bijhorende overzichtsplannen, snedes en gevelaanzichten (die de basis vormen voor opmaak van bovenstaande meetstaat en raming). Allen opgemaakt in functie van het subsidiedossier volgens de sjablonen en normen van AGION (Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs). Het vastleggen van het sjabloon, de onderverdeling in verschillende aanvragen en de opsplitsing in pakketten worden in overleg met AGION bepaald, op basis van de door de bouwheer aan te leveren gegevens. De als bijlage toegevoegde aanvraagdocumenten van AGION zijn voorlopig en nog aan wijzigingen onderhevig (in overleg met de dossierbeheerder van AGION). In maart en april 2025 werd er verschillende keren teruggekoppeld met de dossierbeheerder van AGION alsook OVSG, dit met het oog op een vlotte behandeling van het dossier (de doorlooptijd voor AGION is minimum vier maanden). De uiterlijke datum om het subsidiedossier in te dienen bij AGION is 1 juli 2025. De goedkeuring van het subsidiedossier door de gemeenteraad is echter een vereiste van AGION om het dossier te kunnen indienen.
Bij aanvang van het project werd het subsidiebedrag geraamd op € 5.370.171,00. In deze fase van het project werd het aanvraagformulier opnieuw ingevuld met de huidige gegevens van het project, wat een veel hoger subsidiebedrag genereert, nl. € 11.500.000,00. Dit bedrag zal een eerste keer geactualiseerd worden door AGION na indiening van het subsidiedossier en pas effectief vastgelegd worden aan de hand van het gunningsbedrag van de uitvoering. De totale geraamde bouwkost binnen het subsidiedossier bedraagt €17.854.366,12 excl. btw. Ten opzichte van de definitief ontwerpraming is dit een stijging van € 758.451,76. De grootste toename zit in het deel architectuur vervat, omwille van een meer gedetailleerde uitwerking en verschuivingen tussen de disciplines onderling, maar ook met het opnieuw toevoegen van verschillende onderdelen (waarop noodzakelijk werd bespaard in het verleden), na de kennisname van de vermoedelijke verhoging van het subsidiebedrag. Meer informatie over de terug toegevoegde onderdelen is terug te vinden bij financiële aspecten en als bijlage.
Vervolgtraject:
In de periode van juni 2025 tot augustus 2025 werkt het ontwerpteam verder aan het aanbestedingsdossier. Het AGION-subsidiedossier dient als basis voor de verdere uitwerking van het te publiceren aanbestedingsdossier. Dit omvat: overzichtsplannen, gedetailleerde meetstaten en ramingen van de verschillende disciplines, detailtekeningen en bestekteksten (administratieve bepalingen worden opgesteld door Belfius, technische bepalingen door het ontwerpteam). Dit aanbestedingsdossier zal maximaal afgestemd worden met en gecoördineerd tussen de verschillende disciplines, tussen de gebruikers en bouwheer, input van lopende studies (bemaling, proefboringen, bijkomend destructief onderzoek, overleg hemelwater,...), input van fabrikanten/leveranciers/uitvoerders en eventuele voorafgaandelijke en nieuwe input van AGION/OVSG, enz. (OVSG = Onderwijsvereniging van Steden en Gemeenten).
Het algemeen nazicht van alle betrokken partijen (Belfius, veiligheidscoördinator, dienst Publieke Ruimte, dienst Omgeving, dienst Mobiliteit, dienst Facilitair Beheer, preventie-adviseur, …) is gepland in de periode van juli tot en met half augustus 2025. Op deze manier hebben alle betrokken diensten voldoende tijd om het globale dossier na te kijken en vervolgens het ontwerpteam vanaf half augustus tijd heeft om de ontvangen opmerkingen te verwerken. De dienst Facilitair Beheer ambieert een aanbestedingsklaar dossier ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad in september 2025 om vervolgens het dossier te publiceren in de eerste week van oktober 2025.
Parallel met de uitwerking van het aanbestedingsdossier zal er verder onderzoek gedaan worden naar combineerbare subsidiemogelijkheden voor het project.
Voorafgaande studies (incl. 21% btw):
Ereloon team architectuur: € 1.972.511,29
Ereloon team omgeving: € 226.382,40
Opmeting terrein (Artois): € 5.445,00
Opmeting GBO-toren (Real Visuals): € 3.896,20
Opmaak archeologienota (Lares): € 1.149,50
Boring, sondering en plaatsen peilbuizen (Geosonda): € 14.132,80
Opmaak sloopopvolgingsplan (Abesco): € 2.885,55
Veiligheidscoördinator (2bsafe): € 14.447,40
Subsidie advies (Haviland): € 396,00
Bemalingsstudie (AGT): € 6.655,00
Belfiusbank: € 157.602,50
Communicatie (Infomarkt, wedstrijdontwerp tentoonstelling): € 5.066,88.
Raming
Verhoging ten op zichtte van geraamde bouwkost definitief ontwerp:
Deel 5 binnenafwerking: omvat met een totaalprijs van 2,6 mio EUR 1/3e v/h dossier architectuur, waarvan:
- € 141.440,00 voor vast binnenmeubilair (initieel niet voorzien in het dossier). De onderdelen die het GITO eventueel zelf kan uitvoeren, zijn in afwachting van interne afstemming met GITO, volledig opgenomen in de raming. De onderdelen die GITO effectief zelf wil opnemen, dienen we later in een apart perceel onder te brengen (cf. terugkoppeling met AGION);
- € 85.000,00 voor de industriële keuken (excl. koelcel, deze is voor € 35.200,00 voorzien in het dossier technieken);
- € 146.430,50 voor 1e uitrusting (binnen het dossier architectuur), waaronder € 15.166,50 aan gordijnen, € 121.444,00 voor vaste sportinrichting (cf. Excel-overzichtslijst, mogelijks wordt dit later ook nog aangepast n.a.v. interne terugkoppeling met GBO en GITO).
Deel 8 schilderwerken: werden cf. de overzichtslijst bijkomende schilderwerken opgenomen:
- € 42.088,10 voor beschermende behandeling op beton (wand- en vloercoating) in de polyvalente zaal in functie van voorkomen van vlekken;
- € 4.170,20 voor anti-graffiti coating op buitengevels uit beton.
Deel 9 omgevingswerken: in dossier architectuur omvat voornamelijk de sportkooi:
- € 99.900,00 voor het opnieuw toevoegen van de sportkooi met een sportbevloering uit kunstrubber (gebaseerd op een laag van 30-35mm SBR+PU+stenen en vervolgens 3mm met een gespoten coating van EPDM korrels in 2 lagen).
Aanpassing nutsvoorziening voorafgaand werffase: € 46.000,00 .
Communicatie: € 5.000,00.
Voorziene budgetten
Budgetsleutel (2024-2027): MJP002475 (uitvoering) - € 15.575.284,04
Budgetsleutel (2024-2027): MJP002474 (plannen en studies) - € 2.312.696,96.
Subsidie
Voorlopige inschatting AGION-subsidie: € 5.000.000,00 (Basis onderwijs)+ € 4.900.000,00 (Secundair onderwijs) + € 1.600.000,00 (capaciteit) = € 11. 500.000,00.
- Gedetailleerde meetstaat en raming per discipline voor het subsidiedossier
- Samenvattende raming van de verschillende disciplines voor het subsidiedossier
- Overzichtsplannen, aanzichten en snedes voor het subsidiedossier
- Voorlopige versie van het AGION- aanvraagdocument
- Brief betreffende het AGION dossier 0.24424 opgesteld door OVSG van 18 november 2023
- Brief betreffende het AGION dossier 06869 opgesteld door OVSG van 8 december 2023
- E-mail betreffende het Capaciteitsdossier opgesteld door OVSG van 9 januari 2023
- E-mail inschatting van het subsidiebedrag door AGION van 5 mei 2025
Enig artikel
De gemeenteraad keurt het AGION-subsidiedossier met een geraamde bouwkost van € 17.854.366,12 excl. btw van het dossier 'Ontwikkeling Markthalsite' goed.
Op 9 oktober 2024 werd bij het lokaal bestuur Overijse een aanvraag ingediend voor het verkavelen van een grond met een bestaande woning gelegen Jean Tombeurstraat 38 en 38+ in functie van een bijkomend lot voor woningbouw. De percelen zijn kadastraal gekend als (afd.6) sectie L nummer 513 C en 514 F.
Landmeter-expert Ronny Van Eester maakte hiervoor op 7 mei 2024 een verkavelingsontwerp op met hierop de rooilijn gelegen op 5,00m uit de as van de weg.
Bij het afsluiten van het openbaar onderzoek, dat plaatsvond van 12 april tot en met 11 mei 2025, werd vastgesteld dat er geen bezwaarschriften werden ingediend.
Voorafgaandelijk aan de eventuele aflevering van een omgevingsvergunning door het college van burgemeester en schepenen met betrekking tot het creëren van een bijkomend lot voor woningbouw, dient de gemeenteraad zich uit te spreken over de overname in het openbaar domein van de strook gelegen voor de voorziene rooilijn van de Jean Tombeurstraat. Deze strook dient kosteloos afgestaan te worden door de eigenaar, om zodoende het wegenistracé van de Jean Tombeurstraat te wijzigen en de rooilijn vast te leggen op 5,00m uit de as van de weg ter hoogte van het perceel (afd.6) sectie L nummer 513 C.
Het af te stane deel dient vrij van constructies en beplanting en onbelast overgedragen te worden aan de gemeente.
Geen.
Artikel 1
De gemeenteraad verklaart zich akkoord om over te gaan tot de kosteloze overname van een perceel met onbekende oppervlakte, gelegen voor de rooilijn zoals aangeduid met een roze lijn op het verkavelingsontwerp opgemaakt door landmeter-expert Ronny Van Eester en te nemen uit het onroerend gelegen Jean Tombeurstraat 38 kadastraal gekend als (afd.6) sectie L nummer 513 C.
Artikel 2
De eigenaar van het perceel gelegen voor de rooilijn (=afstanddoener) moet hiervan een proces-verbaal van opmeting laten opmaken door een landmeter-expert en het grondplan moet opgenomen worden in de databank van de plannen van afbakening van de algemene administratie van de patrimoniumdocumentatie.
Artikel 3
De afstanddoener moet een ontwerpakte met betrekking tot de gratis grondafstand laten opmaken bij een notaris naar keuze. De akte dient verleden te worden binnen het jaar na het bekomen van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van een grond met een bestaande woning in functie van een bijkomend lot voor woningbouw bij een notaris in Overijse of in het administratief centrum De Vuurmolen.
Artikel 4
Alle kosten met betrekking tot de gratis grondafstand zijn ten laste van de afstanddoener.
Artikel 5
De overname gebeurt met de bedoeling de voormelde grond toe te voegen aan het gemeentelijk openbaar domein om reden van openbaar nut, zijnde de verbreding van het wegenistracé van de Jean Tombeurstraat en de vastlegging van de rooilijn op 5,00 meter uit de as van de weg ter hoogte van het perceel kadastraal gekend als (afd.6) sectie L nummer 513 C.
Artikel 6
Het deel gelegen voor de rooilijn dient vrij van constructies en beplanting en onbelast overgedragen te worden.
Artikel 7
Het college van burgemeester en schepenen, vertegenwoordigd door de burgemeester en de algemeen directeur, wordt gemachtigd om alle administratieve handelingen te stellen in het kader van de uitvoering van deze akte.
Artikel 8
Het college van burgemeester en schepenen, vertegenwoordigd door de burgemeester en de algemeen directeur, wordt gemachtigd de authentieke akte te ondertekenen.
Er werd op 7 september 2021 een omgevingsvergunning afgeleverd met betrekking tot het slopen en het bouwen van een woning op een perceel gelegen langs de Langeweg, kadastraal bekend als (afdeling 3) sectie K nummer 203 B2 P0000.
De voorziene rooilijn in de Langeweg is ter hoogte van dit perceel gelegen op 5,00m uit de as van de weg.
Aangezien een deel van hogervermeld perceel, namelijk 36ca, zich voor de voorziene rooilijn van de Langeweg bevindt, doen de eigenaars gratis grondafstand, zoals gevraagd in de omgevingsvergunning.
Het openbaar domein ter hoogte van het perceel gelegen Langeweg 164, volgens kadaster (afdeling 3) sectie K nummer 203 B2 P0000, is nog niet overgenomen tot aan de (voorziene) rooilijn. In de omgevingsvergunning werd daarom de vraag opgenomen om gratis grondafstand te doen om reden van openbaar nut, zijnde de verbreding van het wegtracé van de Langeweg.
Geen.
Artikel 1
De gemeenteraad verklaart zich akkoord om over te gaan tot de kosteloze overname van een perceel met een oppervlakte van 36 centiare (36ca) gelegen langs de Langeweg 164 met gereserveerd perceelidentificatienummer 23543 K 203 M2 P0000 zoals aangeduid met lot 1 in groene kleur op een proces-verbaal van opmeting, te nemen uit het onroerend goed gelegen Langeweg 164, kadastraal gekend als (afdeling 3) sectie K nummer 203 B2 P0000.
Artikel 2
Voormelde eigendom werd opgemeten door landmeter-expert Ronny Van Eester die hiervan op 19 december 2024 een metingsplan opstelde. Het grondplan werd opgenomen in de databank van de plannen van afbakening van de algemene administratie van de patrimoniumdocumentatie onder refertenummer 23543/10239.
Artikel 3
Het proces-verbaal van opmeting, als bijlage bij deze beslissing gevoegd, wordt goedgekeurd.
Artikel 4
De kosteloze overname gebeurt onder de voorwaarden van de authentieke akte opgesteld door notaris Helena Verwimp met standplaats te 3110 Rotselaar, Provinciebaan 82.
Artikel 5
De ontwerpakte, als bijlage bij deze beslissing gevoegd, wordt goedgekeurd.
Artikel 6
Het college van burgemeester en schepenen, vertegenwoordigd door de burgemeester en de algemeen directeur, wordt gemachtigd de authentieke akte te ondertekenen.
Artikel 7
De overname gebeurt met de bedoeling de voormelde grond toe te voegen aan het gemeentelijk openbaar domein om reden van openbaar nut, zijnde de verbreding van het wegtracé van de Langeweg en de vastlegging van de rooilijn op 5,00m uit de as van de weg ter hoogte van het perceel gelegen Langeweg 164, kadastraal gekend als (afdeling 3) sectie K nummer 203 B2 P0000.
3Wplus is momenteel het verantwoordelijk energiehuis op het grondgebied van de gemeente Overijse. Hierdoor is 3Wplus verantwoordelijk voor o.a. het beheer en verstrekken van energetische verbouwleningen (nu gekend als Mijn Verbouwlening), de werking van het energieloket en Mijn Verbouwbegeleiding in de gemeente.
Vanaf 1 januari 2026 moet de territoriale werking van een energiehuis in overeenstemming zijn met de principes van het Regiodecreet. De gemeente valt binnen referentieregio Oost-Brabant, het werkingsgebied van Energiehuis IGO. Overijse wil dan ook vanaf 1 januari 2026 Energiehuis IGO aanstellen als verantwoordelijk energiehuis. De huidige samenwerkingsovereenkomst met Energiehuis 3Wplus wordt stopgezet uiterlijk 31 december 2025. Vanaf 1 januari 2026 wordt IGO actief als energiehuis in de gemeente. De samenwerkingsovereenkomst met IGO wordt goedgekeurd en loopt vanaf 1 januari 2026.
Energiehuis IGO moet formeel worden voorgesteld door de gemeenteraad als nieuw energiehuis binnen het grondgebied van de gemeente.
Deze wijziging kan pas effectief in werking treden na goedkeuring door het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) en de Vlaamse minister van energie. Zonder deze goedkeuring blijft 3Wplus het verantwoordelijk energiehuis.
Het energiehuis is het erkend centraal aanspreekpunt van de Vlaamse overheid voor het adviseren en ondersteunen van burgers bij energetische investeringen en renovatiewerken. Via het Vlaams Energiebesluit krijgt een energiehuis een aantal basistaken toegewezen. Voor de uitvoering hiervan krijgt het financiële en beleidsmatige ondersteuning van het VEKA. Tot op heden nam 3Wplus deze rol op zich.
Wijzigingen in de territoriale werking van een energiehuis kunnen enkel in werking treden op 1 januari 2026 en moeten uiterlijk op 1 september 2025 van het jaar voor de inwerkingtreding van de wijziging door het energiehuis worden gemeld aan het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA). Een energiehuis moet formeel worden voorgesteld door de gemeenteraad.
Artikel 7.9.1. van het Energiebesluit stelt: ‘Uiterlijk op 1 januari 2026 is de territoriale werking van een energiehuis in overeenstemming met de principes, vermeld in artikel 6 van het Regiodecreet van 3 februari 2023. Artikel 7 van het Regiodecreet van het voormelde decreet is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat het bevoegde orgaan van een energiehuis de aanvraag tot afwijking indient.’ De gemeente Overijse valt in de referentieregio Oost-Brabant. Dit is het werkingsgebied van Energiehuis IGO.
Gemeente Overijse maakt deel uit van de klimaatalliantie Druivenstreek waarin inspanningen worden geleverd om de klimaatverandering tegen te gaan. Een medewerker van IGO div staat in voor de coördinatie van de werking van de klimaatalliantie Druivenstreek. Door het aanstellen van Energiehuis IGO wordt het uitvoeren van de basistaken van een energiehuis en de coördinatie van de klimaatalliantie gecentraliseerd bij één organisatie. De gemeente is vennoot van IGO div, de dienstverlenende intergemeentelijke vereniging, actief in de referentieregio Oost-Brabant.
Geen.
Artikel 1
De gemeenteraad stelt, op voorwaarde van goedkeuring door het VEKA en de Vlaamse minister van energie, vanaf 1 januari 2026 Energiehuis IGO aan als het verantwoordelijke energiehuis binnen haar grondgebied ter vervanging van Energiehuis 3Wplus.
Artikel 2
De samenwerkingsovereenkomst met Energiehuis IGO wordt goedgekeurd en gaat in vanaf 1 januari 2026.
Artikel 3
De burgemeester en de algemeen directeur van de gemeente Overijse worden gemachtigd om de samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen.
Artikel 4
De samenwerkingsovereenkomst met 3Wplus wordt hiervoor stopgezet en loopt tot en met 31 december 2025. De gemeente zorgt voor tijdige kennisgeving van de stopzetting van de samenwerkingsovereenkomst met 3Wplus (minstens 3 maanden voor de effectieve stopzetting).
Op 4 april 2025 lanceerde minister Caroline Gennez, na overleg met de Vlaamse Regering, haar masterplan voor de toekomst van kinderopvang van baby's en peuters. Op 7 april 2025 bezorgde het Agentschap Opgroeien informatie aan de lokale besturen en organisatoren kinderopvang over het masterplan Kinderopvang en de bijhorende meerjarenprogrammatie, die omschrijft hoeveel plaatsen beschikbaar komen in welke lokale besturen.
In Overijse zullen 14 nieuwe plaatsen met subsidie inkomenstarief ingericht kunnen worden.
Daarvoor lanceerde het Agentschap Opgroeien in de week van 19 mei 2025 een oproep aan de (potentiële) organisatoren kinderopvang. Vóór die datum dienden de lokale besturen hun procedure en bijhorende criteria voor advies bij de uitbreiding van gesubsidieerde kinderopvangplaatsen, zoals besproken op het Lokaal Overleg Kinderopvang, bekend te maken op de website van het lokaal bestuur.
Om deze tijdlijn te kunnen respecteren, werden de procedure en bijhorende criteria besproken op het Lokaal Overleg Kinderopvang van 5 mei 2025 en principieel goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 13 mei 2025. Daarna werd dit op de website van het lokaal bestuur geplaatst.
De subsidiebeloftes zullen eind 2025 worden toegekend aan de organisatoren en de plaatsen kunnen gerealiseerd worden vanaf 2026 tot uiterlijk eind 2029.
Omdat de tijdlijn geen ruimte liet voor een voorafgaand raadsbesluit, werd ervoor gekozen om achteraf te regulariseren via een bekrachtiging.
De procedure werd grotendeels door het Agentschap Opgroeien bepaald. De criteria werden opgesteld op basis van de lokale noden, rekening houdend met de richtlijnen van het Agentschap Opgroeien, de adviezen van VVSG (Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw) en de feedback van het Lokaal Overleg Kinderopvang.
De criteria werden als volgt bepaald:
Geen.
Enig artikel
De gemeenteraad bekrachtigt de als bijlage toegevoegde procedure en bijhorende criteria voor advies bij de uitbreiding van gesubsidieerde kinderopvangplaatsen voor baby's en peuters.
Sinds 1 januari 2022 is een organisator kinderopvang voor baby's en peuters verplicht om in het kader van een vergunningsaanvraag bij het Agentschap Opgroeien een opportuniteitsadvies aan te vragen bij het lokaal bestuur. Een opportuniteitsadvies is nodig bij: de aanvraag van een nieuwe vergunning groepsopvang, de verhuis van een bestaande opvanglocatie, een verhoging van het aantal vergunde plaatsen met minstens 9 plaatsen en de uitbreiding van gezinsopvang naar groepsopvang.
Via dit advies kan het lokaal bestuur noden en opportuniteiten binnen de gemeente kenbaar en bespreekbaar maken met organisatoren kinderopvang. Een organisator kinderopvang is verplicht om een opportuniteitsadvies aan te vragen maar dit advies is niet bindend. De organisator is niet verplicht om het advies te volgen, maar dient wel te verantwoorden aan het Agentschap Opgroeien hoe er met dit advies wordt omgegaan.
Het lokaal bestuur dient de procedure opportuniteitsadvies en bijhorende criteria, zoals goedgekeurd door het Lokaal Overleg Kinderopvang, te publiceren op de website van het lokaal bestuur. De procedure en criteria werden besproken en goedgekeurd tijdens het Lokaal Overleg Kinderopvang van 5 mei 2025.
De huidige procedure opportuniteitsadvies en bijhorende criteria zijn gedateerd en werden aangepast, rekening houdend met de richtlijnen van het Agentschap Opgroeien en de adviezen van VVSG. De vernieuwde procedure en criteria werden besproken en goedgekeurd op het Lokaal Overleg Kinderopvang van 5 mei 2025. De procedure werd grotendeels bepaald door het Agentschap Opgroeien. De criteria werden als volgt bepaald:
Met het opportuniteitsadvies worden organisatoren kinderopvang geïnformeerd over de locatie, eventuele uitdagingen en kansen, rekening houdend met de lokale context en de stedenbouwkundige situatie.
Op deze manier ontstaat er ook al van bij de start een samenwerking tussen het lokaal bestuur en de organisator kinderopvang.
Geen.
Enig artikel
De gemeenteraad keurt de als bijlage toegevoegde procedure en criteria opportuniteitsadvies voor de opstart, verhuis of uitbreiding van groepsopvang voor baby’s en peuters goed.
Het Vlaams Parlement keurde op 3 mei 2019 het decreet houdende de organisatie van buitenschoolse opvang en de afstemming tussen buitenschoolse activiteiten (BOA-decreet) goed. De Vlaamse overheid legt de regierol van de uitvoering van dit decreet bij de lokale besturen.
Jarenlang bleef het voor de lokale besturen onduidelijk hoe het decreet moest uitgerold worden.
Op 28 februari 2025 besliste de Vlaamse Regering over de verdere uitvoering van het decreet Buitenschoolse Opvang en Activiteiten (BOA). Agentschap Opgroeien communiceerde op dezelfde dag met een snelinfo voor de lokale besturen. Ten aanzien van het oorspronkelijke decreet van 2019 werden er een aantal wijzigingen doorgevoerd, meer bepaald betreffende:
Het voorontwerp tot wijziging van het decreet werd goedgekeurd op 16 mei 2025. De uitvoeringsbesluiten volgen in het najaar van 2025.
Het decreet, de aanvullende nota en het voorontwerp tot wijziging van het decreet zijn als bijlage na te lezen.
Situering
Wat is BOA?
Volgens het BOA- decreet van 3 mei 2019 beoogt de Vlaamse overheid een geïntegreerd aanbod van buitenschoolse opvang en activiteiten voor kinderen, via de samenwerking tussen relevante actoren en met een regierol voor de lokale besturen. Zo wordt er bijgedragen tot de verwezenlijking van de rechten van het kind. Het decreet regelt de organisatie van de buitenschoolse opvang, meer bepaald kleuteropvang en opvang lager onderwijs, en de afstemming tussen buitenschoolse activiteiten vanuit de volgende doelstellingen:
Het lokaal bestuur neemt hierbij de regie op van de buitenschoolse activiteiten op zich en heeft daarbij de volgende opdrachten:
Dit wordt gerealiseerd in samenspraak met actoren die relevant zijn voor buitenschoolse activiteiten. Er wordt bijzondere aandacht gegeven aan kleuteropvang, aan kwetsbare gezinnen en kinderen met een specifieke zorgbehoefte, en aan het stimuleren van het multifunctioneel en efficiënt gebruik van infrastructuur.
Tijdslijn
- Voortraject:
In het voortraject van de visiebepaling werden de verschillende stakeholders (kinderen, ouders, scholen, aanbieders van activiteiten, lokaal bestuur) op verscheidene momenten actief betrokken. Het traject bestond uit drie fases:
- Visie:
Op 17 maart 2025 werd de BOA-visie uitgebreid voorgesteld en toegelicht aan de gemeenteraadscommissie. De visie is gebaseerd op de volgende vijf pijlers: kinderen staan centraal, laagdrempelig, kwaliteit, samen en gekend.
De visie wordt onder de rubriek 'motivering' helemaal toegelicht.
- Toelichting aan het college voor burgemeester en schepenen:
Op 29 april 2025 werd aan het college van burgemeester en schepenen een kleine toelichting gegeven over de wijzigingen van 28 februari 2025 van de Vlaamse Regering en de impact hiervan op de verdere uitwerking van het decreet binnen het lokaal bestuur.
Door de moeilijkheid om het BOA-decreet verder te moeten uitrollen zonder stevige juridische basis, de mogelijke belangenconflicten die kunnen optreden bij het uitwerken van het lokaal samenwerkingsverband en het erkennings- en handhavingskader, alsook bij het opstellen van het subsidiereglement, werd er tevens ook om extra ondersteuning, in de vorm van consultancy, gevraagd.
Het college van burgemeester en schepenen besliste vervolgens voor Overijse 1 september 2026 als startdatum voor de definitieve uitrol van het BOA decreet te hanteren. Daarnaast werd ook de gevraagde ondersteuning door een externe consultant voor de verdere uitwerking van het decreet principieel goedgekeurd.
- Vervolgtraject:
Voor de definitieve uitrol van het BOA-decreet dienen volgende stappen verder te worden uitgewerkt:
Het BOA-decreet heeft als ambitie om te komen tot een gedragen lokale visie op buitenschoolse opvang en activiteiten. Op basis van deze gedragen visie kan het vervolgtraject voor de uitwerking van het BOA-decreet worden aangevat, meer bepaald een duidelijke communicatie naar de verschillende stakeholders toe over de stand van zaken, het oprichten van een lokaal samenwerkingsverband, het opstellen van de actieplannen, het uitwerken van de erkennings- en handhavingskaders en het opstellen van het subsidiereglement.
Onze visie op buitenschoolse opvang en activiteiten
Overijse vertrekt voor de visie op buitenschoolse opvang en activiteiten vanuit haar visie op Kindvriendelijke gemeente: ‘… Iedereen heeft toegang tot veilige en uitdagende plekken in de buurt om te spelen, tot rust te komen en om elkaar te ontmoeten. De gemeente neemt de regierol op in een gevarieerd vrijetijdsaanbod waaraan elk kind kan deelnemen om zijn vrije tijd zinvol in te vullen naar believen. …’
Als lokaal bestuur streven we naar het opnemen van de regierol waarbij, samen met de lokale spelers, een gevarieerd aanbod aan buitenschoolse opvang en activiteiten wordt ontwikkeld dat nabij, toegankelijk en betaalbaar is en afgestemd is op de noden van de gezinnen.
Volgende vijf principes leiden het lokaal bestuur hierin:
Het decreet van 3 mei 2019 houdende de organisatie van buitenschoolse opvang en de afstemming tussen buitenschoolse activiteiten legt de regierol van de erkenning en handhaving van het opvangaanbod volgens het Vlaams kwaliteitskader bij de lokale besturen. Dit betekent dat de lokale besturen subsidies zullen krijgen om te verdelen tussen de initiatieven die buitenschoolse opvang en activiteiten organiseren. Deze verdeling zal gebeuren op basis van het nog uit te werken lokaal subsidiereglement.
De Vlaamse Regering besliste op 28 februari 2025 extra financiële middelen aan de lokale besturen toe te kennen om hun BOA-opdrachten te realiseren. In dit verband ontving het lokaal bestuur van Agentschap Opgroeien op 28 april 2025 hierover de individuele communicatie met informatie over de financiële impact voor Overijse. Deze brief is als bijlage na te lezen.
Concreet betekent dit dat Overijse in 2025, 2026 en 2027 volgende subsidiebedragen zal ontvangen:
Artikel 1
De gemeenteraad keurt de visie voor het decreet Buitenschoolse Opvang en Activiteiten (BOA) goed.
Artikel 2
De gemeenteraad keurt de startdatum van 1 september 2026 voor de definitieve uitrol van het BOA-decreet goed.
Op het conclaaf van eind januari 2025 tussen het college van burgemeester en schepenen en het managementteam werd er voor de eerste keer verdiepend gewerkt rond onderwijswetgeving en meer specifiek de toekomst van de gemeentelijke basisschool in Jezus-Eik (GBSJE).
De aanleiding was de toestand van het huidige schoolgebouw, die geen duurzame investeringen meer toelaat. Het beleid vindt het enerzijds belangrijk dat er voldoende capaciteit is in Overijse voor schoolgaande lagere schoolkinderen en dat de huidige capaciteit in Overijse kan aangehouden worden voor gezinnen. Anderzijds is het ook essentieel dat de veiligheid, bewoonbaarheid en hygiëne aan de hedendaagse normen blijven voldoen.
Vandaag toont het huidige gebouw regelmatig zijn gebreken.
Dankzij de ondersteuning van de dienst Facilitair Beheer en de flexibiliteit en creativiteit van het schoolteam kan hier voorlopig op een curatieve manier aan verholpen worden. Het is echter geen werkwijze die toekomstperspectief heeft of preventief beheer toelaat. Het beleid wil daarom GBSJE structureel huisvesten in de vernieuwde Markthalsite, waar ook de gemeentelijke basisschool Overijse (GBO) en GITO onderdak hebben.
Tijdelijke huisvesting
In tussentijd kan GBSJE vanaf uiterlijk krokusvakantie 2026 tijdelijk verhuizen naar een ander gehucht, in de gebouwen van het vrijetijdscentrum Kamp Kwadraat. Er zijn verschillende argumenten om deze site naar voren te dragen:
Lange termijn
Het lange termijnplan zal worden voorgelegd aan de gemeenteraad en wordt door het beleid gezien als volgt: van zodra de nieuwe Markthalsite wordt gerealiseerd en het GITO en GBO hun intrek hebben genomen in de nieuwe ruimtes, kan de verhuis van GBSJE van Kamp Kwadraat naar de Markthalsite geconcretiseerd worden. De nieuwe Markthalsite voorziet hiervoor ook in extra ruimte. Een optimalisatie van het gebruik van de ruimtes die GBO en GITO vandaag innemen, is echter wel aan de orde. Dit is een momentum om na te denken over de identiteit van elke school op de Markthalsite. Het biedt op vlak van schoolorganisatie en op vlak van het pedagogisch project kansen.
Waar zal elke school voor staan? De campusgedachte kan hiervoor verder verkend en onderzocht worden. In de omzendbrief BaO/2022/02 van 28/06/2022 staat omschreven dat scholen worden beschouwd als scholen gelegen op een campus, wanneer één of meerdere vestigingsplaatsen gelegen zijn binnen eenzelfde of aaneensluitende kadastrale percelen, of gescheiden zijn door hetzij maximaal twee kadastrale percelen, hetzij door een weg. Scholen van eenzelfde schoolbestuur gelegen op een campus kunnen kiezen voor automatische doorstroom tussen kleuter- en lager of basisonderwijs (=verticale doorstroom) of tussen verschillende kleuterscholen onderling of verschillende lagere scholen onderling (=horizontale doorstroom).
Het uitgangspunt van dit traject: het GBSJE behoudt haar eigen schoolnummer met een eigen vestigingsplaats. Op die manier wordt de maximale omkadering behouden, met 2 schooldirecteurs voor 2 scholen, die elkaar niet concurreren, maar wel een eigen identiteit hebben en de kansen kunnen grijpen om in te spelen op noden van gezinnen.
Om duidelijkheid te krijgen in waar elke school zal voor staan, zijn er 2 fases te doorlopen.
Wat zegt de wet over tijdelijk onderbrengen van leerlingen, een tijdelijk vestigingsplaats?
Omwille van uitzonderlijke omstandigheden van tijdelijke aard (vb. verbouwingswerken) kunnen leerlingen tijdelijk buiten de oorspronkelijke vestigingsplaats(en) ondergebracht worden. Deze tijdelijke huisvesting is beperkt in de tijd en kan nooit aanleiding geven om de locatie als een definitieve vestigingsplaats te beschouwen. Dit heeft géén effect op de teldag, het gaat hier immers niet om de oprichting van een nieuwe vestigingsplaats.
De ingebruikname van een tijdelijke vestigingsplaats moet bij AGODI (Agentschap voor Onderwijsdiensten) worden gemeld uiterlijk op het tijdstip van de ingebruikname. De melding gebeurt daarnaast jaarlijks bij de aanvang van elk schooljaar zolang als de tijdelijke vestigingsplaats in gebruik wordt genomen. De melding gebeurt bij het schoolbeheerteam aan de hand van een meldingsformulier, dat moet worden bezorgd via 'Mijn Onderwijs'. De onderwijsinspectie doet geen apart controlebezoek voor deze tijdelijke locatie. De controle hiervan wordt mee opgenomen in de doorlichtingsbezoeken.
Deze beslissing wordt voorgelegd aan de schoolraad en op de eerstvolgende vergadering van het Afzonderlijk Bijzonder Comité (ABC), zodat zij kunnen adviseren waar best rekening mee wordt gehouden bij de uitrol van deze beslissingen.
Er zal ook een afstemming gebeuren met de schooldirecteuren van alle lagere scholen in Overijse om elkaar te helpen bij mogelijks nieuwe vragen van gezinnen naar aanleiding van deze tijdelijke huisvesting van GBSJE.
Er zijn heel wat mensen die geïnformeerd moeten worden over deze beslissing. In de eerste plaats het schoolteam, de kinderen en hun ouders, de schoolraad van GBSJE, maar ook de andere schoolteams van de gemeentelijke scholen, de schooldirecteurs over de netten heen in Overijse, de gemeentelijke diensten, AGODI, etc. Om dit op een zorgzame, respectvolle en genuanceerde manier te doen, is er nauw overleg geweest met de dienst Communicatie.
Er worden uitgaven voorzien in de nieuwe meerjarenplanning die betrekking hebben op:
Artikel 1
De gemeenteraad keurt met 15 stemmen voor (Vera De Man, Inge Lenseclaes, Leo Van den Wijngaert, Joke Lenseclaes, Jan De Broyer, Jeroen Van San, Filip Boon, Danny De Kock, Leen Gillis, Stefan Vanderlinden, Joris Kelchtermans, Jan Van Brabant, Kryne Dekock, Tom Hanssens, Nele Demartelaere), 10 stemmen tegen (Sven Willekens, Peter Lombaert, Yves de Marnix de Sainte Aldegonde (Graaf), Myriam Vanderlinden, Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart, Alan Pauwels, Tim Vloebergh, Miranda Cornet, Alexandra Claeys, Sophie Lafosse) de verhuis van de Gemeentelijke Basisschool Jezus-Eik (GBSJE) naar het vrijetijdscentrum Kamp Kwadraat als tijdelijke huisvesting goed, vanaf uiterlijk krokusvakantie 2026.
Artikel 2
De gemeenteraad vaardigt met 15 stemmen voor (Vera De Man, Inge Lenseclaes, Leo Van den Wijngaert, Joke Lenseclaes, Jan De Broyer, Jeroen Van San, Filip Boon, Danny De Kock, Leen Gillis, Stefan Vanderlinden, Joris Kelchtermans, Jan Van Brabant, Kryne Dekock, Tom Hanssens, Nele Demartelaere), 10 stemmen tegen (Sven Willekens, Peter Lombaert, Yves de Marnix de Sainte Aldegonde (Graaf), Myriam Vanderlinden, Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart, Alan Pauwels, Tim Vloebergh, Miranda Cornet, Alexandra Claeys, Sophie Lafosse) schepen van Onderwijs Joke Lenseclaes af als gemandateerde van het schoolbestuur om het meldingsformulier te ondertekenen voor de nieuwe tijdelijke vestigingsplaats die voor de effectieve verhuis naar Kamp Kwadraat bezorgd wordt aan AGODI.
Artikel 3
De gemeenteraad keurt met 15 stemmen voor (Vera De Man, Inge Lenseclaes, Leo Van den Wijngaert, Joke Lenseclaes, Jan De Broyer, Jeroen Van San, Filip Boon, Danny De Kock, Leen Gillis, Stefan Vanderlinden, Joris Kelchtermans, Jan Van Brabant, Kryne Dekock, Tom Hanssens, Nele Demartelaere), 10 stemmen tegen (Sven Willekens, Peter Lombaert, Yves de Marnix de Sainte Aldegonde (Graaf), Myriam Vanderlinden, Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart, Alan Pauwels, Tim Vloebergh, Miranda Cornet, Alexandra Claeys, Sophie Lafosse) goed om 's ochtends en 's avonds busvervoer aan te bieden van een plaats in Jezus-Eik naar Kamp Kwadraat en terug om kinderen naar de schoollocatie te brengen die er op een andere manier niet zouden geraken, dit voor de duur van de tijdelijke huisvesting in Kamp Kwadraat. Dit wordt nog verder geconcretiseerd in overleg met de school.
Artikel 4
De gemeenteraad keurt met 15 stemmen voor (Vera De Man, Inge Lenseclaes, Leo Van den Wijngaert, Joke Lenseclaes, Jan De Broyer, Jeroen Van San, Filip Boon, Danny De Kock, Leen Gillis, Stefan Vanderlinden, Joris Kelchtermans, Jan Van Brabant, Kryne Dekock, Tom Hanssens, Nele Demartelaere), 10 stemmen tegen (Sven Willekens, Peter Lombaert, Yves de Marnix de Sainte Aldegonde (Graaf), Myriam Vanderlinden, Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart, Alan Pauwels, Tim Vloebergh, Miranda Cornet, Alexandra Claeys, Sophie Lafosse) goed om tijdens de periode van de tijdelijke huisvesting op Kamp Kwadraat de nodige PWB-uren te laste te nemen van het schoolbestuur om werkzekerheid te bieden aan het huidige schoolteam voor zover zij door hun evaluatoren worden geacht goed te functioneren.
Artikel 5
De gemeenteraad keurt met 15 stemmen voor (Vera De Man, Inge Lenseclaes, Leo Van den Wijngaert, Joke Lenseclaes, Jan De Broyer, Jeroen Van San, Filip Boon, Danny De Kock, Leen Gillis, Stefan Vanderlinden, Joris Kelchtermans, Jan Van Brabant, Kryne Dekock, Tom Hanssens, Nele Demartelaere), 10 stemmen tegen (Sven Willekens, Peter Lombaert, Yves de Marnix de Sainte Aldegonde (Graaf), Myriam Vanderlinden, Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart, Alan Pauwels, Tim Vloebergh, Miranda Cornet, Alexandra Claeys, Sophie Lafosse) goed om de structurele verhuis met een definitieve adreswijziging naar de site van de Markthal uit te werken. Er zal hiervoor gewerkt worden met twee fases waarbij alle kansen onderzocht worden om de twee scholen, elk met hun eigen vestigingsnummer, op de vernieuwde Markthalsite te realiseren en op die manier de huidige capaciteit te blijven waarmaken voor gezinnen in Overijse.
Artikel 6
De gemeenteraad keurt met 15 stemmen voor (Vera De Man, Inge Lenseclaes, Leo Van den Wijngaert, Joke Lenseclaes, Jan De Broyer, Jeroen Van San, Filip Boon, Danny De Kock, Leen Gillis, Stefan Vanderlinden, Joris Kelchtermans, Jan Van Brabant, Kryne Dekock, Tom Hanssens, Nele Demartelaere), 10 stemmen tegen (Sven Willekens, Peter Lombaert, Yves de Marnix de Sainte Aldegonde (Graaf), Myriam Vanderlinden, Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart, Alan Pauwels, Tim Vloebergh, Miranda Cornet, Alexandra Claeys, Sophie Lafosse) goed om bij de opmaak van de nieuwe meerjarenplanning de nodige middelen te voorzien om de structurele huisvesting van GBSJE in de Markthalsite
te realiseren aan de hand van herinrichtingswerken.
Decreet lokaal bestuur, artikelen 40, 41 en 422, eerste lid en latere wijzigingen
De gemeente Overijse is op heden vennoot bij Haviland, opgericht op 24 maart 1965 bij oprichtingsakte gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 16 april 1965 onder het nummer 8226 en werd verlengd op 23 oktober 2019, gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad op 21 november 2019 onder het nummer 19151652.
Het Regiodecreet legt de verplichting op aan gemeenten om hun intergemeentelijke samenwerkingsverbanden te organiseren binnen de grenzen van een referentieregio.
Overijse werd door het Vlaams Parlement toegewezen aan de referentieregio Oost-Brabant krachtens de bijlage bij het Decreet van 3 februari 2023 over regiovorming. Deze indeling is gebaseerd op objectieve criteria zoals bestaande sociaaleconomische, ruimtelijke en bestuurlijke verbanden. Overijse behoort hierdoor administratief en beleidsmatig voortaan tot de referentieregio Oost-Brabant en niet langer tot Halle-Vilvoorde, waaronder Haviland valt. Deze indeling is bindend en vormt de basis voor de verdere afstemming van intergemeentelijke samenwerking en regiogebonden initiatieven zoals voorgeschreven in het Regiodecreet.
Het Regiodecreet heeft tot doel om de samenwerking tussen de lokale besturen te versterken door deze te structureren binnen een welomlijnde referentieregio en aldus een efficiëntere en coherente regiovorming na te streven.
Het behouden van het lidmaatschap bij een intergemeentelijk samenwerkingsverband dat buiten de eigen referentieregio is gelegen, zou in strijd zijn met de doelstellingen van het Regiodecreet inzake administratieve vereenvoudiging, transparantie en beleidsafstemming binnen de referentieregio.
Het Regiodecreet bepaalt dat regiovorming van toepassing is op dienstverlenende verenigingen overeenkomstig artikel 398, §2, 2° van het Decreet Lokaal Bestuur.
Aangezien Haviland een dienstverlenende vereniging betreft, zijn de bepalingen van het Regiodecreet aldus van toepassing op Haviland.
Teneinde haar taken en dienstverlening te blijven garanderen na uittreding uit Haviland onderzoekt de gemeente Overijse alternatieve samenwerkingsverbanden binnen de referentieregio Oost-Brabant en bereidt de toetreding daartoe voor.
Volgens artikel 30, §2 van het Regiodecreet, en als uitzondering op artikel 422, eerste lid van het Decreet Lokaal Bestuur, mag een deelnemer uit een dienstverlenende vereniging stappen met een gewone meerderheid van stemmen van de deelnemers. Dit geldt wanneer de uittreding nodig is om te voldoen aan de regels van de regiovorming (volgens artikel 6 van het Regiodecreet). In dat geval hoeft de uittredende deelnemer geen schadevergoeding te betalen aan de samenwerking of aan de andere deelnemers. De uittredende deelnemer moet de contracten die hij is aangegaan, blijven nakomen. Buiten die verplichtingen hoeft hij geen schadevergoeding te betalen.
De juridische dienst van Haviland heeft gemeld dat de gemeente Overijse 1.172 aandelen heeft met een nominale waarde van 25 euro/stuk. Daarvan werd slechts 25% volstort, namelijk € 7.325. Rekening houdend met de volstorte waarde, de duur van het aandeelhouderschap van de gemeente in Haviland (sinds 1 januari 1977) en een samengestelde intrest van 2,5% per jaar werd het terug te betalen bedrag (aandelen aan nominale waarde) door Haviland berekend op € 23.963,66. De beslissing over de goedkeuring van deze waarde van de aandelen en de uittreding van de gemeente Overijse dient te worden goedgekeurd door de raad van bestuur (september 2025) en de algemene vergadering (december 2025) van Haviland.
De bevoegdheid om de beslissing te nemen tot uittreding uit Haviland, komt toe aan de gemeenteraad.
De gemeente Overijse heeft 1.172 aandelen Haviland met een nominale waarde van 25 euro/stuk. Daarvan werd slechts 25% volstort, namelijk € 7.325. Rekening houdend met de volstorte waarde en de duur van het aandeelhouderschap van de gemeente in Haviland (sinds 1 januari 1977) werd het terug te betalen bedrag (nominale waarde van de aandelen vermeerderd met een gecumuleerde jaarlijkse intrest van 2,5%) door Haviland berekend op € 23.963,66. De beslissing over de goedkeuring van deze waarde van de aandelen en de uittreding van de gemeente Overijse dient te worden goedgekeurd door de raad van bestuur (september 2025) en de algemene vergadering (december 2025) van Haviland.
Enig artikel
De gemeenteraad beslist om op 31 december 2025 uit te treden uit de dienstverlenende vereniging Haviland overeenkomstig de voorwaarden zoals bepaald in de gecoördineerde statuten van Haviland, en dit onder voorbehoud van een opschortende voorwaarde van goedkeuring hiervan door de algemene vergadering van Haviland die over de uittreding beslist.
Het Regiodecreet legt de verplichting op aan gemeenten om hun intergemeentelijke samenwerkingsverbanden te organiseren binnen de grenzen van een referentieregio.
Overijse werd door het Vlaams Parlement toegewezen aan de referentieregio Oost-Brabant krachtens de bijlage bij het Decreet van 3 februari 2023 over regiovorming. Deze indeling is gebaseerd op objectieve criteria zoals bestaande sociaal-economische, ruimtelijke en bestuurlijke verbanden. Overijse behoort hierdoor administratief en beleidsmatig voortaan tot de referentieregio Oost-Brabant, en niet langer tot Halle-Vilvoorde, waaronder de intercommunale Haviland valt. Deze indeling is bindend en vormt de basis voor de verdere afstemming van intergemeentelijke samenwerking en regiogebonden initiatieven zoals voorgeschreven in het Regiodecreet.
In het kader van het Regiodecreet en de verplichting om intergemeentelijke samenwerking binnen de eigen referentieregio te organiseren, alsook om de continuïteit van dienstverlening te waarborgen, wenst het OCMW van Overijse toe te treden tot de intercommunale InterLeuven, een dienstverlenende vereniging actief binnen de referentieregio Oost-Brabant.
Het Regiodecreet heeft tot doel om de samenwerking tussen lokale besturen te versterken door deze te structureren binnen een welomlijnde referentieregio, en aldus een efficiëntere en coherente regiovorming na te streven.
De bevoegdheid om de beslissing te nemen tot toetreding in de intercommunale InterLeuven, komt toe aan de gemeenteraad.
De intercommunale InterLeuven heeft als missie de duurzame, ruimtelijke en socio-economische ontwikkeling van de Oost-Brabantse regio, door de lokale besturen te ondersteunen in het realiseren van hun doelen, het bevorderen van regionale samenwerkingen en het beantwoorden van nieuwe uitdagingen in de snel evoluerende maatschappij.
De intercommunale InterLeuven ondersteunt lokale besturen in onder meer volgende domeinen:
De toetreding tot de intercommunale InterLeuven biedt het OCMW van Overijse de mogelijkheid om de dienstverlening inzake ruimtelijke ordening, stedenbouwkundige projecten, woonbeleid, milieu- en klimaatbeleid, streekontwikkeling, mobiliteitsplanning en ondersteuning bij publiek-private samenwerkingen te continueren en verder uit te bouwen binnen de referentieregio, zoals beoogd door het Regiodecreet.
De toetreding tot de intercommunale InterLeuven biedt voor het OCMW Overijse belangrijke voordelen:
Overeenkomstig artikel 420 van het Decreet Lokaal Bestuur is de toetreding van de gemeente afhankelijk van een beslissing van de gemeenteraad die daarvoor wordt genomen op basis van een onderzoek, in voorkomend geval op basis van een vergelijkend onderzoek als er zich verschillende beheersvormen reëel aanbieden.
Artikel 15 van de statuten van de intercommunale InterLeuven bepaalt hiertoe het volgende:
'De toetreding van een gemeente, een autonoom gemeentebedrijf, een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn en/of zijn vereniging of een ander samenwerkingsverband of een politiezone of hulpverleningszone tot of de uitbreiding van hun aansluiting bij de vereniging, is afhankelijk van een daartoe strekkende beslissing van het daartoe bevoegd orgaan.
Alle toetredingen of uitbreidingen worden aanvaard door de algemene vergadering van de vereniging.
Aan een toetreding of uitbreiding kan geen terugwerkende kracht worden verleend.
Een toetreding van een gemeentevennoot kan niet gebeuren in de loop van het jaar waarin verkiezingen voor een algehele vernieuwing van de gemeenteraden wordt georganiseerd.'
Overeenkomstig artikel 15 van de statuten van de intercommunale InterLeuven dienen aldus alle toetredingen of uittredingen te worden aanvaard door de algemene vergadering van InterLeuven en aan een toetreding of uittreding kan geen terugwerkende kracht worden verleend.
Overeenkomstig artikel 33 van de statuten van de intercommunale InterLeuven, zal de toetredende entiteit vertegenwoordigd worden in de algemene vergadering.
De vertegenwoordiger van de toetredende entiteit dient hierbij rechtstreeks te worden aangewezen uit de leden van haar raad. De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.
Overeenkomstig artikel 18 van de statuten van de de intercommunale InterLeuven worden de leden van de raad van bestuur van de intercommunale InterLeuven op voordracht van de deelnemende entiteiten benoemd door de algemene vergadering.
De intercommunale InterLeuven stelt voor om het OCMW van Overijse toe te voegen bij de cluster van Tervuren/Huldenberg waaraan één bestuurder is toegekend.
De aanduiding van een vertegenwoordiger in de algemene vergadering van de intercommunale InterLeuven zal het voorwerp uitmaken van een aparte beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn. Hierover zal in de loop van september 2025 een bijkomend overleg voorzien worden.
Gezien de recente aanduiding van een nieuwe algemeen directeur en voorzitter van de intercommunale InterLeuven werd nog geen nieuwe portfolio opgesteld. De meest recente portfolio met vermelding van de vorige algemeen directeur en voorzitter bevindt zich als bijlage.
De Intercommunale InterLeuven bepaalde dat de gemeente Overijse 9.501 volledig te volstorten aandelen van reeks A, zoals beschreven in artikel 7 van de statuten van InterLeuven, zal verwerven met een nominale waarde van 14,16 euro voor een totaal bedrag van 134.534,16 euro.
Om de zes jaar kan de algemene vergadering, tijdens de eerste vergadering na de algehele vernieuwing van de gemeenteraden, de inbreng onder de vorm van Aandelen herschikken overeenkomstig de evolutie van het bevolkingscijfer, door de onderlinge overdracht van A-aandelen tegen nominale waarde.
De intercommunale InterLeuven haalt meer dan 50% van haar inkomsten uit wat door de btw-administratie wordt aangemerkt als 'andere handelingen dan deze als overheid'. Het gaat hierbij vooral om opbrengsten gegenereerd door het omvangrijke onroerend patrimonium van de intercommunale. De toepassing van artikel 44, §2bis btw-Wetboek leidt ertoe dat de intercommunale InterLeuven beschouwd wordt als btw-plichtige entiteit die ook voor de dienstverlening aan haar vennoten, met uitzondering van de gemeenschappelijke preventiedienst, btw dient aan te rekenen. Voor Overijse kan de btw vanaf 2026 een meeruitgave van ± 23.000,00 euro betekenen. De intercommunale InterLeuven geeft aan een oplossing na te streven waarbij de verplichting tot aanrekenen van btw vervalt.
Artikel 1
De gemeenteraad keurt de toetreding, met ingang van 1 januari 2026, goed na goedkeuring van de algemene vergadering van InterLeuven.
Artikel 2
De gemeenteraad keurt goed dat de gemeente Overijse zich ertoe verbindt om 9.501 volledig te volstorten aandelen van reeks A, zoals beschreven in artikel 7 van de statuten van InterLeuven, zal verwerven met een nominale waarde van 14,16 euro voor een totaal bedrag van 134.534,16 euro.
Artikel 3
De gemeenteraad keurt goed om het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van deze beslissing.
De gemeenteraad heeft op 19 november 2024 een nieuw reglement goedgekeurd voor de inname van de openbare ruimte. Het reglement dat in werking is getreden per 1 januari 2025 heeft het retributiereglement en het technisch reglement voor inname openbare ruimte van 2022 vervangen en geïntegreerd.
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 27 mei 2025 kennis genomen van de evaluatie van het reglement voor inname van de openbare ruimte van 2025 en besloten om het reglement aan te passen. De wijzigingsvoorstellen zijn hieronder samengevat op basis van het reglement van 2022 (de nummering in het nieuwe reglement is aangepast, waardoor het niet altijd overeenkomt met de nummering in het oude reglement) :
1. Toevoeging 'introductie ter verduidelijking van de doelstellingen om zo context en geest van het reglement voor de inwoners begrijpbaar te maken'.
2. Artikel 1, §2, verwijdering tweede deel van de zin.
3. Artikel 5, toevoeging 'aanvraagperiode bij afsluiting van een rijweg van ten minste 14 kalenderdagen'.
4. Artikel 7, toevoeging 'per mail'.
5. Artikel 10 a) wijziging 'tarieven als volgt:
(Ter vergelijking hierbij de tarieven van het huidig reglement:
6. Artikel 10b) wijzigen als volgt:
'Voor de inname zonder vergunning een uitzondering voorzien voor de 'gevallen van overmacht of gemotiveerde hoogdringende inname' voor de boete. De boete voor de eerste 90 dagen laten berekenen op een basistarief van 3 euro per m² per kalenderdag. De geest hiervan is dat de daling van de tarieven in artikel 10a niet mag leiden tot een daling van de boete bij niet-aanvragen omdat de aanvragen nodig zijn om de verkeersveiligheid te kunnen garanderen.'
7. Artikel 11 wijzigen: Tarieven afsluiting van een rijweg '100 euro per kalenderdag'.
8. Artikel 12 toevoeging vrijstelling: 'voor alle werken bij innames voor renovatiewerken aan gebouwen of constructies die gelegen zijn in beschermd dorpsgezicht of opgenomen zijn op de inventaris onroerend erfgoed of die beschermd erfgoed zijn', daarvoor wensen we de vrijgestelde periode voor de retributie te verlengen tot 60 dagen'. De suggestie van de dienst Publieke ruimte wordt gevolgd waardoor onder het begrip renovatiewerken moet worden verstaan 'dakwerken en werken aan de voorgevel van het gebouw'. Uitgezonderd van deze vrijstelling zijn werken in het gebouw of aan de achtergevel.
9. Artikel 13 toevoeging als volgt: 'We willen voorzien dat in geval de inname vroeger dan voorzien beëindigd wordt en de dienst publieke ruimte werd hiervan conform artikel 7 op de hoogte gesteld, dat dan de niet gebruikte kalenderdagen niet worden aangerekend. Verder wensen we dat in geval een wijziging in de oppervlakte van de inname van de openbare ruimte (meer of minder), waarbij de standaardafmetingen zoals bepaald in Artikel 16 blijven gelden, het verschil gefactureerd of terugbetaald zal worden.'
10. Artikel 14e) toevoeging: 'Ontlenen van verkeersborden voor een verhuis of levering met een firma'.
11. Toevoeging bepaling over geschillen als volgt: 'Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd om te oordelen bij geschillen:
Bij de wijzigingsvoorstellen zijn er een aantal bedenkingen van praktische aard gemaakt door de diensten.
De wijzigingen in tarieven gaan noodzakelijkerwijs gepaard met technische aanpassingen van de module waarop de aanvragen worden ingediend. De kosten daarvan worden geraamd op 3.500,00 tot en met 5.000,00 euro incl. btw.
Bijkomende bedenkingen zijn hieronder samengevat als volgt:
Tenslotte werd, conform wijzigingsvoorstel 11, een bezwaarprocedure uitgewerkt waarbij het college van burgemeester en schepenen bevoegd wordt verklaard om te oordelen bij een bezwaarschrift met name of het reglement correct werd toegepast. Er wordt een termijn van uiterlijk 6 weken gehanteerd voor de beslissing op het bezwaar.
De inwerkingtreding van het reglement is afhankelijk van de duur van de technische aanpassingen. Gezien de verwerking van de wijzigingen enkele maanden kan duren is het aangewezen het reglement in werking te laten treden per 1 september 2025. Het reglement zal eind december 2026 opnieuw aan een evaluatie worden onderworpen. Dit biedt de gelegenheid om met een vol jaar aan data de werking van het reglement degelijk te kunnen beoordelen.
Ten laatste, met de goedkeuring van het reglement op 19 november 2024 werden het retributiereglement van 25 januari 2022 en het technisch reglement van dezelfde datum vervangen en geïntegreerd. Bij de opheffing van het retributiereglement werd het technisch reglement ten onrechte niet in het besluit van de opheffing opgenomen. Het is dan ook aangewezen om het technisch reglement van 2022 alsnog formeel op te heffen.
Wijzigingen in tarieven gaan noodzakelijkerwijs gepaard met technische aanpassingen van de module waarop de aanvragen worden ingediend. De kosten daarvan worden geraamd op 3.500,00 tot en 5.000,00 euro incl. btw.
Artikel 1
De gemeenteraad keurt het reglement inname openbare ruimte als volgt goed:
DOELSTELLINGEN
De decretale wetgever geeft de gemeente de opdracht de toegankelijkheid van de openbare ruimte en gemeentewegen te garanderen, maar ook de bevoegdheid een reglement op te maken om de toegang, het gebruik of het beheer van de openbare ruimte te regelen.
Dit reglement heeft tot doelstelling het regelen van de volledige of gedeeltelijke inname van openbare ruimte voor privatief gebruik. Daarbij wordt uitgegaan van de volgende doelstellingen:
Deel 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Toepassingsgebied
§1. Het is verboden om de openbare ruimte volledig of gedeeltelijk in te nemen op een wijze die het gewone gebruiksrecht overstijgt. De gemeente is belast met het vrijwaren van de publieke doorgang over de volledige breedte van de openbare ruimte. Dit reglement is van toepassing op het volledige grondgebied van de gemeente Overijse. In de praktijk is het echter onvermijdelijk om bepaalde innames toe te staan. Het huidig reglement strekt ertoe de toegang en het gebruik van de openbare ruimte te reguleren door het voeren van een vergunningenbeleid met een retributieplicht gericht op het toestaan van alleen de strikt noodzakelijk innames. De innames dienen ook maximaal in tijd te worden beperkt.
§2. Niemand mag de openbare ruimte op privatieve wijze innemen zonder voorafgaande schriftelijke vergunning.
§3. Het reglement omvat de regels omtrent het vergunningenbeleid en het retributiebeleid van de tijdelijke inname van de openbare ruimte.
§4. De burgemeester is bevoegd om de aangevraagde vergunningen af te leveren en een retributie op te leggen op basis van het door de gemeenteraad goedgekeurde reglement.
§5. Het reglement treedt in werking de vijfde dag na de bekendmaking ervan en loopt tot en met DATUM. De retributietarieven van dit reglement worden toegepast op de aanvragen die vergund worden vanaf DATUM.
Artikel 2 Begrippenlijst
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
Deel 2. VERGUNNINGENBELEID
Artikel 3 Vergunningsplicht
§1 Niemand mag zonder voorafgaande vergunning de openbare ruimte innemen door het plaatsen van eender welke constructie of belemmering.
§2 De vergunning wordt afgeleverd door de burgemeester op naam van de aanvrager, zijnde de vergunninghouder.
Artikel 4 Wijze van aanvraag
§1 De aanvrager verplicht zich om de aanvraag zodanig in te dienen dat de inname van de openbare ruimte en de verkeersbelemmering tot een minimum beperkt zijn in tijd en in ruimte.
§2 De aanvraag voor een vergunning inname openbare ruimte wordt ingediend via het online webformulier op de webpagina van de gemeente Overijse. Het online aanvraagformulier geeft aan welke bijlages moeten worden toegevoegd bij de specifieke aanvragen.
§3 Alleen aanvragen die volledig en correct zijn ingevuld, die voorzien zijn van alle gevraagde bijlages en die op tijd zijn ingediend, kunnen ontvankelijk worden verklaard. De aanvraag wordt beoordeeld nadat het advies van de betrokken diensten is verkregen.
Artikel 5 Aanvraagtermijnen
§1 De termijnen voor de aanvraag worden als volgt vastgesteld:
§2 Deze termijnen zijn in geval van een hoogdringende inname logischerwijs niet van toepassing. De aanvraag voor een hoogdringende inname wordt wel zo spoedig mogelijk ingediend.
Artikel 6 Verplichtingen van de vergunninghouder
§1 De vergunninghouder is gehouden aan de volgende verplichtingen te voldoen:
§2 De toelating voor het innemen van de openbare ruimte kan door de burgemeester ingetrokken of voor een bepaalde duur geschorst worden indien dit noodzakelijk geacht wordt. De intrekking of tijdelijke schorsing geeft geen enkel recht op enige schadevergoeding.
Artikel 7 Wijzigingen aan de verkregen vergunning
§1 De éénmaal verstrekte vergunning is niet vatbaar voor wijzigingen, met uitzondering van verlenging van de periode van inname en uitsluitend indien de verlenging wordt aangevraagd door de oorspronkelijke aanvrager en wel ten laatste 7 kalenderdagen voor het verstrijken van de periode waarvoor de vergunning werd verleend. In alle andere gevallen dient er een nieuwe vergunningsaanvraag ingediend te worden.
§2 Indien de inname vroeger beëindigd is dan voorzien werd, wordt de dienst Publieke Ruimte daarvan onmiddellijk schriftelijk op de hoogte gesteld. Een e-mailbericht wordt ook aangezien als een schriftelijke notificatie.
Artikel 8 Einde van de inname
§1 Van zodra de werken beëindigd of zodanig gevorderd zijn dat de inname niet meer noodzakelijk is, dient de vergunninghouder de openbare ruimte te ontruimen en zo nodig te herstellen in de staat waarin ze zich bevond bij aanvang van de inname zoals vermeld in de plaatsbeschrijving indien deze er is.
§2 Bij afwezigheid van een plaatsbeschrijving wordt de openbare ruimte voor de inname in perfecte staat geacht te zijn geweest.
§3 Eventuele schade van de openbare ruimte na de ontruiming van de inname wordt op rekening van de retributieplichtige hersteld.
Deel 3. RETRIBUTIEPLICHT EN WAARBORG
Artikel 9 Betalingsplicht
De retributieplichtige is verplicht tot de betaling van een retributie voor de inname of afsluiting van de openbare ruimte.
Artikel 10 Tarieven bij inname openbare ruimte
§1 De retributie bij inname openbare ruimte bedraagt voor iedere aanvraag:
§2 Voor de inname zonder vergunning, of bij niet naleving van de vergunningsvoorwaarden, wordt een retributie vastgelegd aan een tarief van 3 euro per m² per kalenderdag en wel vanaf de eerste kalenderdag van de inname.
§3 Voor de inname zonder vergunning in de gevallen van aantoonbare overmacht of gemotiveerde hoogdringende inname worden de tarieven als in artikel 10§1) toegepast.
Artikel 11 Tarieven afsluiting van een rijweg
§1 Voor elke afsluiting van de rijweg die langer duurt dan 4 uur is vanaf het ogenblik dat de rijweg wordt afgesloten een retributie verschuldigd. In dat geval wordt een retributie van 100,00 euro aangerekend per kalenderdag dat de rijweg worden afgesloten.
§2 Dit tarief kan gecumuleerd worden met de tarieven van de inname.
Artikel 12 Vrijstellingen van retributieplicht
§1 Er wordt vrijstelling van retributie verleend voor de eerste 14 kalenderdagen van een vergunde inname.
§2 Er wordt vrijstelling van retributie verleend wanneer de rijweg wordt afgesloten voor een periode van maximum 4 uur.
§3 Er wordt vrijstelling van retributie verleend bij afsluiting van een gewestweg. Deze vrijstelling heeft alleen betrekking op de gemeentelijke retributies. Indien de inname een gewestweg betreft die in beheer van de Vlaamse overheid is dan is het retributiebesluit van het Vlaamse Gewest van toepassing en dient er tevens een vergunning te worden aangevraagd via het webportaal van het Agentschap Wegen en Verkeer.
§4 Er wordt vrijstelling van retributie verleend voor innames voor werken uitgevoerd door of in opdracht van openbare besturen en daarmee gelijkgestelde instellingen, instellingen van openbaar nut, sociale huisvestingsmaatschappijen, onderwijsinstellingen gesubsidieerd door de overheid en intergemeentelijke verenigingen die vallen onder het decreet lokaal bestuur. Voor de inname zonder vergunning, of bij niet naleving van de vergunningsvoorwaarden vervalt deze vrijstelling en zal alsnog een retributie vastgelegd worden aan een tarief zoals bepaald in artikel 10, lid b).
§5 Er wordt vrijstelling van retributie verleend voor innames voor werken uitgevoerd voor de heropbouw door natuurrampen of door brand vernielde of beschadigde gebouwen, voor socioculturele aangelegenheden en voor filmopnames.
§6 Er wordt vrijstelling van retributie verleend voor innames die het gevolg zijn van een gratis grondafstand in functie van een omgevingsvergunning. De vrijstelling geldt voor diegene die de gratis grondafstand deed en dit gedurende de geldigheidsduur van de omgevingsvergunning. De realisatie van de grondafstand start vanaf de ondertekening van de belofte tot gratis grondafstand. De vrijstelling van de retributie start vanaf de datum van verkrijging van de omgevingsvergunning. De vrijstelling geldt enkel voor het gedeelte dat werd afgestaan.
§7 Er wordt vrijstelling van retributie verleend voor innames voor alle renovatiewerken aan gebouwen of constructies die gelegen zijn in beschermd dorpsgezicht of opgenomen zijn op de inventaris onroerend erfgoed of die beschermd erfgoed zijn. De vrijgestelde periode wordt toegepast voor dakwerken en werken aan de voorgevel van het gebouw en wel vanaf de eerste dag van de inname tot en met dag 60. Werken in het gebouw of aan de achtergevel vallen niet onder deze vrijstelling.
Artikel 13 Berekening en betaling retributie
§1 De retributie wordt berekend op basis van de afgeleverde vergunning. Bij ontstentenis daarvan wordt de retributie berekend op basis van de werkelijke ingebruikname die door de gemeentediensten wordt vastgesteld.
§2 De retributie voor innames, die vroeger beëindigd zijn dan voorzien werd, wordt berekend op basis van de werkelijke ingebruikname indien voldaan is aan de voorwaarden in artikel 7§2.
§3 De retributie voor innames, waarbij wijzigingen in de ingenomen oppervlakte van toepassing zijn, wordt berekend op basis van de werkelijk ingenomen oppervlakte met behoud van het bepaalde in artikel 16.
§4 Een gedeelte van een kalenderdag wordt steeds beschouwd als een volledige kalenderdag.
§5 De oppervlakte wordt steeds in volle vierkante meters uitgedrukt. De gedeelten van een vierkante meter worden steeds naar beneden afgerond.
§6 De vrijstelling van retributie voor de eerste 14 kalenderdagen van de vergunde inname wordt iedere 365 kalenderdagen geregulariseerd voor innames of afsluitingen met een duurtijd langer dan een jaar. Indien de inname of afsluiting na 365 dagen blijven doorlopen dan wordt de teller terug op nul gezet zodat de vergunninghouder opnieuw kan genieten van een vrijstelling van retributie voor de eerste 14 kalenderdagen.
§7 De retributie dient op de vervaldag betaald te worden na ontvangst van de factuur. Bij gebreke aan betaling van de retributie kan het bedrag ingevorderd worden conform artikel 177 van het decreet lokaal bestuur.
Artikel 14 Waarborg
§1 Er wordt een waarborg verplicht van 250,00 euro per (begonnen) vierkante meter, met een maximum van 50.000,00 euro bij innames voor plaatsing van werfkranen; voor plaatsing van zware constructies zoals bv. gevelschoring; en voor innames waarvan het gemeentebestuur vermoedt dat openbare ruimte beschadigd of vervuild zal worden.
§2 De aanvrager moet bij de aanvraag van de inname, de waarborg betalen, hetzij aan het loket tegen ontvangstbewijs, hetzij onder de vorm van een volstorte bankgarantie. De waarborg brengt geen interesten ten voordele van de vergunninghouder op. De vergunning wordt pas afgeleverd mits voldaan aan de voorwaarden van het reglement.
§3 Voor de vrijgave van de waarborg wordt door de vergunninghouder schriftelijk aangevraagd. Bij deze aanvraag wordt het vergunningsnummer en het rekeningnummer vermeld. Ook eventuele bewijsstukken of officiële tegensprekelijk opgemaakte plaatsbeschrijvingen worden toegevoegd bij de aanvraag tot vrijgave waarborg.
§4 De waarborg wordt slechts geheel of gedeeltelijk vrijgegeven indien uit het proces-verbaal van vaststelling, opgemaakt door het diensthoofd van de dienst Publieke Ruimte, of zijn afgevaardigde, of de officiële plaatsbeschrijving bij einde van de inname blijkt dat de openbare ruimte niet beschadigd werd of volledig hersteld werd. Bij verzuim van de verplichtingen opgesomd in artikel 6 zal het gemeentebestuur aanspraak maken op de waarborg. Wanneer de gestelde waarborg niet toereikend is, of in geval er geen waarborg werd betaald, wordt het saldo van de herstellingskosten teruggevorderd van de vergunninghouder.
§5 Verkeerssignalisatie voor een verhuis of levering kunnen als gemeentelijk materieel ontleend worden mits betaling van een waarborg. Voor de praktische informatie wordt verwezen naar het webportaal van de gemeente Overijse via:
https://www.overijse.be/uitlenen-verkeerssignalisatie
Deel 4. VERGUNNINGSVOORWAARDEN
Artikel 15 Bijzondere vergunningsvoorwaarden
Afhankelijk van het doel waarvoor de vergunning wordt verleend gelden er bijzondere vergunningsvoorwaarden. De vergunninghouder wordt erop gewezen dat hij verplicht is te voldoen aan deze bijzondere vergunningsvoorwaarden welke vermeld worden op de afgegeven vergunning.
Artikel 16 Algemene vergunningsvoorwaarden
§1 De algemene vergunningsvoorwaarden gelden voor alle vergunningen voor inname openbare ruimte en worden niet specifiek opgenomen in de vergunning.
De vergunninghouder wordt erop gewezen dat hij verplicht is te voldoen aan deze algemene voorwaarden als ook de verplichting heeft om alle andere toepasselijke wettelijke bepalingen na te leven.
§2 Een parkeerplaats heeft een standaardafmeting van 10m², ongeacht eventuele belijningen of afbakeningen ter plaatse. Als er meer of minder ruimte nodig is, moet dit specifiek worden aangevraagd.
§3 Voor de plaatsing van een container worden standaard 2 parkeerplaatsen of 20 m² voorbehouden, dit voor een plaatsing van de container en manoeuvreerruimte voor de vrachtwagen. Als er meer ruimte nodig is, moet dat specifiek worden aangevraagd.
§4 Voor een verhuis of het leveren van meubels en huisraad worden standaard 3 parkeerplaatsen of 30m² voorbehouden, voor plaatsing vrachtwagen en eventuele verhuislift. Als er meer of minder ruimte nodig is, moet dit specifiek worden aangevraagd. Een verhuis of levering kan maximaal 2 opeenvolgende kalenderdagen plaatsvinden.
Deel 5. AANSPRAKELIJKHEID EN SCHADE
Artikel 17 Hoofdelijke aansprakelijkheid
De vergunninghouder of retributieplichtige is hoofdelijk aansprakelijk voor elke schade die de gemeente lijdt door de inname of ten gevolge van de inname van de openbare ruimte wordt veroorzaakt.
Artikel 18 Openbare veiligheid
De burgemeester behoudt zich het recht toe om alle maatregelen te treffen die nodig zijn bij een gevaar voor de openbare veiligheid. Indien dit inhoudt dat innames moeten worden verwijderd dan zullen de kosten die daaruit voortvloeien teruggevorderd worden aan de vergunninghouder of, in geval van een inname zonder vergunning, aan de retributieplichtige.
Deel 6 . HANDHAVING EN GESCHILLEN
Artikel 19 Inbreuk op het Algemeen Zonaal Politiereglement Overijse
Een inname zonder vergunning resulteert zonder meer in een overtreding van het Algemeen Zonaal Politiereglement Overijse op grond van artikel 50. De politie is bevoegd om op te treden.
Artikel 20 Geschillen
§1 De vergunninghouder of de retributieplichtige kan een bezwaarschrift indienen tegen besluiten die jegens hem worden genomen op grond van huidig reglement.
§2 Het bezwaarschrift dient uiterlijk binnen een termijn van 3 maanden, na het einde van de maand waarin het aanslagbiljet werd verzonden, te zijn ingediend. De ontvangst wordt schriftelijk bevestigd binnen 15 dagen.
§3 Het bezwaarschrift wordt ondertekend en bevat ten minste:
§4 Het bezwaar schorst niet de werking van het besluit waartegen het is gericht.
§5 Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd om te beslissen op het bezwaarschrift. Het bezwaar wordt gegrond verklaard in het geval het bestreden besluit in strijd is genomen met huidig reglement.
§6 Het college van burgemeester en schepenen kan, wanneer het bezwaarschrift niet onontvankelijk werd verklaard, in haar beslissing op het bezwaar:
§7 De beslissing op het bezwaar wordt uiterlijk 6 weken na dagtekening van het bezwaarschrift overgemaakt aan de belanghebbende.
§8 Bij de bekendmaking van de beslissing op het bezwaar wordt melding gemaakt hoe de betrokkene beroep kan instellen.
Artikel 2
De beslissing van de gemeenteraad van 19 november 2024 houdende de goedkeuring van het reglement voor inname van de openbare ruimte wordt opgeheven en vervangen door huidige beslissing.
Artikel 3
Deze beslissing treedt in werking op 1 september 2025. Het reglement zal eind december 2026 opnieuw aan een evaluatie worden onderworpen.
Artikel 4
Dit reglement valt onder de bekendmakings- en meldingsplicht van artikelen 286, §1 en 330 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Artikel 5
De beslissing van de gemeenteraad van 25 januari 2022 houdende de goedkeuring van het aangepaste technisch reglement voor inname van de openbare ruimte wordt opgeheven.
De gemeenteraad keurde in april 2023 de actualisatie van het retributiereglement goed dat betrekking heeft op het schoolvervoer voor de basisscholen van het vrij gesubsidieerd en gemeenschapsonderwijs van Overijse.
Het betreft het vervoer van leerlingen van een basisschool naar onder andere het zwembad, het cultureel centrum en de sporthal en dit binnen het grondgebied van Overijse. Dit vervoer is geen 'sociaal voordeel' zoals omschreven in de wetgeving. Voor dergelijk vervoer kan dus een bijdrage gevraagd worden aan de basisscholen van het gesubsidieerd vrij onderwijs en het gemeenschapsonderwijs van de gemeente Overijse, maar hoeft daarom niet gevraagd te worden aan de basisscholen van het gemeentelijk onderwijs.
In functie van de opmaak van het nieuwe meerjarenplan besliste het college van burgemeester en schepenen op 4 maart 2025 om het gemeentelijke busvervoer stop te zetten en bijgevolg ook het school- en leerlingenvervoer voor het basisonderwijs in Overijse per 1 juli 2025. Deze beslissing werd ter kennis gebracht van de onderwijsdirecties van de basisscholen van de gemeente Overijse.
De gemeenteraad wordt verzocht de stopzetting van het gemeentelijk busvervoer goed te keuren.
De gemeenteraad wordt verzocht 'het retributiereglement op het schoolvervoer voor de basisscholen van het vrij gesubsidieerd en gemeenschapsonderwijs van Overijse vanaf 1 juli 2025' op te zeggen per 1 juli 2025.
De financiële gevolgen van het stopzetten van het gemeentelijke busvervoer zijn als volgt:
Inkomsten die wegvallen:
BV |
BI |
ARK |
Omschrijving |
Opbrengst 2023 |
Opbrengst 2024 |
0870 |
3 |
7040000 |
Tussenkomsten en terugvorderingen/Leerlingenvervoer (vrije scholen) |
26.906,00 |
28.730,00 |
0870 |
3 |
7040000 |
Tussenkomsten en terugvorderingen LLN-vervoer GBS |
5.260,90 |
720,00 |
0870 |
3 |
7470000 |
Werknemersinhouding maaltijdcheques |
595,14 |
481,78 |
Jaarlijkse ontvangsten
|
32.762,04 |
29.931,78 |
Uitgaven die wegvallen:
BV |
BI |
ARK |
Omschrijving |
Totaal kost 2023 |
Totaal kost 2024 |
0870 |
3 |
6112001 |
Aardolieproducten voertuigen / Leerlingenvervoer |
12.151,61 |
12.098,68 |
0870 |
3 |
6120001 |
Verzekering voertuigen / Leerlingenvervoer |
1.047,90 |
1.047,90 |
0119 |
1 |
6142000 |
Onderhoud en aanpassingen voor nieuwe online applicatie schoolbusvervoer |
10.327,32 |
257,34 |
0870 |
3 |
6160000 |
Kosten wagenpark / Leerlingenvervoer |
30.340,15 |
10.348,10 |
0870 |
3 |
6201000 |
Bezoldigingen vastbenoemd personeel |
98.436,74 |
100.073,69 |
0870 |
3 |
6202000 |
Bezoldigingen onderwijzend personeel ten laste van het bestuur |
18.610,74 |
18.919,23 |
0870 |
3 |
6211000 |
Werkgeversbijdragen wettelijke verzekeringen - vast benoemd personeel |
41.268,11 |
43.376,61 |
0870 |
3 |
6212000 |
Werkgeversbijdrage wettelijke verzekeringen |
5.060,59 |
5.136,84 |
0870 |
3 |
6221000 |
Werkgeversbijdragen voor bovenwettelijke verzekeringen - vastbenoemd personeel |
130,61 |
134,71 |
0870 |
3 |
6222000 |
Werkgeversbijdragen voor bovenwettelijke verzekeringen - ochtend- en avondtoezicht |
557,01 |
545,42 |
0870 |
3 |
6230200 |
Bijdrage GSD, Woon-werkverkeer, vakbondspremie en arbeidsgeneeskundige dienst |
279,30 |
279,30 |
0870 |
3 |
6231004 |
Bijdragen voor maaltijdcheques, Ecocheques en geschenkcheques |
6.613,52 |
4.480,78 |
Jaarlijkse exploitatie-uitgaven
|
224.823,60 |
196.698,60 |
Investering die niet meer moeten voorzien worden
|
||||
Bus |
Datum ingebruik |
Kostprijs |
Vervangprogramma (20 jaar) |
Te voorzien budget |
Bus 1 - Mercedes Apollo (40 pl) |
01/12/2017 |
€ 158.738,69 |
2037 |
nvt |
Bus 2 - Iveco Irisbus (38 pl) |
13/05/2009 |
nvt |
2029 |
€ 200.000,00 |
Bus 3 - Iveco Midirider (44pl) |
13/12/2006 |
nvt |
2026 |
€ 200.000,00 |
Artikel 1
De gemeenteraad keurt de stopzetting van het gemeentelijke busvervoer met ingang per 1 juli 2025 en bijgevolg ook het school- en leerlingenvervoer voor het basisonderwijs in Overijse per 1 juli 2025 goed.
Artikel 2
De beslissing van de gemeenteraad van 25 april 2023 houdende het retributiereglement op het schoolvervoer voor de basisscholen van het vrij gesubsidieerd en gemeenschapsonderwijs van Overijse wordt opgeheven per 1 juli 2025.
De gemeenteraad keurde in april 2023 de actualisatie van het retributiereglement goed dat betrekking heeft op het leerlingenvervoer van en naar de basisscholen in de gemeente Overijse.
Het betreft het vervoer van de leerlingen van huis naar school en terug. Dit vervoer is een 'sociaal voordeel' zoals omschreven in de wetgeving. De sociale voordelen hebben een verplichtend karakter. Zodra een gemeente beslist een sociaal voordeel toe te kennen is zij verplicht dit toe te kennen aan al de scholen binnen de gemeente. De gemeente legt wel de modaliteiten vast en de scholen van de andere netten die deze voordelen wensen, moeten zich aan deze modaliteiten houden. Scholen die sociale voordelen wensen, moeten deze uitdrukkelijk vragen en moeten zich houden aan de voorziene toezichts- en verantwoordingsmaatregelen. Bijzonder is dat de gemeente de sociale voordelen kan beperken tot een bepaalde categorie en soort van onderwijs.
In functie van de opmaak van het nieuwe meerjarenplan, besliste het college van burgemeester en schepenen op 4 maart 2025 om het gemeentelijke busvervoer stop te zetten en bijgevolg ook het school- en leerlingenvervoer voor het basisonderwijs in Overijse per 1 september 2025. Deze beslissing werd ter kennisgeving gebracht aan de onderwijsdirecties van de basisscholen van de gemeente Overijse.
De kosten voor leerlingenvervoer zijn aanzienlijk: onderhoud en gebruik, vervanging 2 bussen, personeelskost (chauffeur en begeleider). De stopzetting van het leerlingenvervoer houdt in dat er geen investeringskost meer voorzien moet worden voor de vervanging van 2 bussen en de exploitatiekosten hoeven deels niet meer voorzien te worden.
De tarieven voor het leerlingenvervoer die als volgt werden vastgelegd zijn hoger dan de inkomsten:
Leerlingen van de kleuter- en lagere scholen |
Dagticket |
Trimester |
Schooljaar |
1ste kind |
4,00 euro |
120,00 euro |
332,00 euro |
2de kind |
4,00 euro |
96,00 euro |
266,00 euro |
3de kind en volgende |
gratis |
gratis |
gratis |
De scholen zijn op de hoogte, zodat ze zich naar volgend schooljaar kunnen organiseren.
Er is een communicatieplan opgesteld om alle ouders te informeren.
Het niet langer organiseren van leerlingenvervoer houdt in dat er minder uitgaven dienen te gebeuren:
Inkomsten:
BV | BI | ARK | Omschrijving | Opbrengst 2023 | Opbrengst 2024 |
0870 | 3 | 7040000 | Tussenkomsten en terugvorderingen/Leerlingenvervoer (vrije-scholen) | 26.906,00 | 28.730,00 |
0870 | 3 | 7040000 | Tussenkomsten en terugvorderingen LLN-vervoer GBS | 5.260,90 | 720,00 |
0870 | 3 | 7470000 | Werknemersinhouding maaltijdcheques | 595,14 | 481,78 |
Jaarlijkse ontvangsten | 32.762,04 | 29.931,78 |
Uitgaven:
BV | BI | ARK | Omschrijving | Totaal kost 2023 | Totaal kost 2024 |
0870 | 3 | 6112001 | Aardolieproducten voertuigen / Leerlingenvervoer | 12.151,61 | 12.098,68 |
0870 | 3 | 6120001 | Verzekering voertuigen / Leerlingenvervoer | 1.047,90 | 1.047,90 |
0119 | 1 | 6142000 | Onderhoud en aanpassingen voor nieuwe online applicatie schoolbusvervoer | 10.327,32 | 257,34 |
0870 | 3 | 6160000 | Kosten wagenpark / Leerlingenvervoer | 30.340,15 | 10.348,10 |
0870 | 3 | 6201000 | Bezoldigingen vastbenoemd personeel | 98.436,74 | 100.073,69 |
0870 | 3 | 6202000 | Bezoldigingen onderwijzend personeel ten laste van het bestuur | 18.610,74 | 18.919,23 |
0870 | 3 | 6211000 | Werkgeversbijdragen wettelijke verzekeringen - vast benoemd personeel | 41.268,11 | 43.376,61 |
0870 | 3 | 6212000 | Werkgeversbijdrage wettelijke verzekeringen | 5.060,59 | 5.136,84 |
0870 | 3 | 6221000 | Werkgeversbijdragen voor bovenwettelijke verzekeringen - vastbenoemd personeel | 130,61 | 134,71 |
0870 | 3 | 6222000 | Werkgeversbijdragen voor bovenwettelijke verzekeringen - ochtend- en avondtoezicht | 557,01 | 545,42 |
0870 | 3 | 6230200 | Bijdrage GSD, Woon-werkverkeer, vakbondspremie en arbeidsgeneeskundige dienst | 279,30 | 279,30 |
0870 | 3 | 6231004 | Bijdragen voor maaltijdcheques, Ecocheques en geschenkcheques | 6.613,52 | 4.480,78 |
Jaarlijkse exploitatieuitgaven | 224.823,60 | 196.698,60 |
Investering |
||||
Bus |
Datum ingebruik |
Kostprijs |
Vervangprogramma (20 jaar) |
Te voorzien budget |
Bus 1 - Mercedes Apollo (40 pl) |
01/12/2017 |
158.738,69 euro |
2037 |
nvt |
Bus 2 - Iveco Irisbus (38 pl) |
13/05/2009 |
nvt |
2029 |
200.000,00 euro |
Bus 3 - Iveco Midirider (44pl) |
13/12/2006 |
nvt |
2026 |
200.000,00 euro |
Enig artikel
De beslissing van de gemeenteraad van 25 april 2023 houdende het retributiereglement op het leerlingenvervoer van en naar de basisscholen in de gemeente Overijse wordt opgeheven vanaf 1 juli 2025.
Het schoolvervoer vervult een maatschappelijke meerwaarde voor de schoolgaande leerlingen. Op deze manier kunnen de scholen nog steeds activiteiten organiseren die het schoollopen in het basisonderwijs interessanter maakt. Het college van burgemeester en schepenen wil daarom een compensatieregeling uitwerken.
Op basis van input van het college van burgemeester en schepenen, de schooldirecteurs zelf, de Centrale aankoopdienst, de Bibliotheek en het Begijntjesbad werden er enkele scenario's uitgewerkt die grondig zijn doorgesproken. Er hebben verschillende online en fysieke overlegmomenten plaatsgevonden met de schooldirecteurs en er is sprake van een kwalitatieve dialoog. Er wordt samengewerkt om het schooljaar 2025-2026 goed te starten.
Het resultaat is een compensatieregeling die op korte en lange termijn werkt.
Voor beide compensatieregelingen geldt de voorwaarde dat alle lagere schoolkinderen uit Overijse per schooljaar:
Dankzij deze maatregelen krijgt elk kind tussen 6 en 11 jaar de kans om te leren zwemmen, om te leren lezen en om cultuur te beleven. Het gaat om een compensatie op schoolniveau en niet op klasniveau om de administratieve last te beperken en om zowel de pedagogische als organisatorische vrijheid van de school te respecteren. Het voorstel stimuleert scholen om in de praktijk per leerling over een volledige lagere schoolcarrière:
De schooldirecteurs vinden dit een mooi aanbod en werken graag samen aan de realisatie ervan. Dankzij deze maatregel zal het voor de vrije basisscholen mogelijk worden om met elk kind ook 5 keer per jaar de Bibliotheek te bezoeken, hetgeen tot nu toe niet het geval is. Enkele afgevaardigden van schoolsecretariaten volgen de planning en bijsturingen op. Het voorstel vangt ook de busritten op op woensdagnamiddag voor het Initiatief Buitenschoolse Opvang. Indien de planning van dit geregeld vervoer optimaal verloopt, kunnen ad hoc ritten verkend worden die kinderen ook op andere locaties kan brengen in Overijse. Hiervoor wordt nog een werkwijze afgesproken met de schooldirecteurs. De Centrale aankoopdienst maakt voor deze opdracht het bestek op dat eerstdaags wordt voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen. Voor de periode tussen 1 september 2025 en de gunning van deze overheidsopdracht is een overgangsmaatregel nodig. De vraag is gesteld aan de vrije basisscholen om hun huidige werkwijze voor busvervoer verder te zetten en uit te breiden naar de andere schooldagen en de factuur van deze uitgave door te rekenen aan Overijse.
Met deze compensatiemaatregel is de financiële kost om leerlingen gedurende een heel schooljaar, op geregelde tijdstippen, van en naar het Begijntjesbad, de Bibliotheek en het CC Den Blank te brengen in graduele afbouw. Vanaf 1 september zijn hierdoor de investeringskost voor de bussen en de exploitatiekost voor het onderhoud van de bussen en de lonen van de buschauffeurs niet meer nodig. Voor de komende 4 schooljaren is de exploitatiekost ongeveer 30% jaarlijks verminderd. Vanaf schooljaar 2029-2030 gaat het nog om jaarlijks 34.860 euro of ongeveer 1 derde van de huidige exploitatiekosten.
De uitgaven gelinkt aan de toepassing van de compensatieregeling voor de eerste vier schooljaren worden geraamd als volgt:
schooldagen |
4,5 |
prijs bus |
530 euro |
schoolweken |
35 |
werkingsuitgave (jaarlijks) |
83.475 euro |
De uitgaven gelinkt aan de toepassing van het nieuwe toelagereglement worden in de meerjarenplanning voorzien vanaf 2029 en worden geraamd als volgt:
aantal leerlingen (die niet te voet kunnen komen) |
608 |
subsidie (15 ritten aan 4 euro) - jaarlijks |
36.480 euro |
Mogelijke inkomsten: in het bestek van de overheidsopdracht zal als optie de mogelijkheid geboden worden om de bussen over te kopen. Het is momenteel niet mogelijk om hier een accurate raming voor op te maken.
Artikel 1
De gemeenteraad neemt kennis van de compensatiemaatregel voor de komende 4 schooljaren, waarbij het college van burgemeester en schepenen belast is met het voeren van een overheidsopdracht waarbij een busmaatschappij op kosten van het lokaal bestuur tijdens de schoolweken het geregeld vervoer verzorgt van leerlingen van de lagere scholen in Overijse die een bezoek brengen aan de Bibliotheek, het Begijntjesbad en/of het cultuurcentrum Den Blank op de Begijnhofsite. In deze opdracht wordt ook het IBO-busvervoer op woensdagnamiddag, het ochtend- en avondvervoer opgenomen van leerlingen van en naar de wijkschool of tijdelijke locatie binnen Overijse van de basisscholen op grondgebied Overijse.
Artikel 2
De gemeenteraad keurt met 17 stemmen voor (Vera De Man, Inge Lenseclaes, Leo Van den Wijngaert, Joke Lenseclaes, Jan De Broyer, Jeroen Van San, Filip Boon, Danny De Kock, Leen Gillis, Stefan Vanderlinden, Joris Kelchtermans, Jan Van Brabant, Kryne Dekock, Tom Hanssens, Nele Demartelaere, Tim Vloebergh, Alexandra Claeys), 8 stemmen tegen (Sven Willekens, Peter Lombaert, Yves de Marnix de Sainte Aldegonde (Graaf), Myriam Vanderlinden, Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart, Alan Pauwels, Miranda Cornet, Sophie Lafosse) goed om bij wijze van overgangsmaatregel voor de periode tussen 1 september 2025 en de sluiting van de te voeren overheidsopdracht de vrije basisscholen toe te staan om hun huidige werkwijze voor busvervoer verder te zetten en uit te breiden naar de andere schooldagen en de factuur van deze uitgave door te rekenen aan de gemeente Overijse.
Artikel 3
De gemeenteraad keurt met 17 stemmen voor (Vera De Man, Inge Lenseclaes, Leo Van den Wijngaert, Joke Lenseclaes, Jan De Broyer, Jeroen Van San, Filip Boon, Danny De Kock, Leen Gillis, Stefan Vanderlinden, Joris Kelchtermans, Jan Van Brabant, Kryne Dekock, Tom Hanssens, Nele Demartelaere, Tim Vloebergh, Alexandra Claeys), 8 stemmen tegen (Sven Willekens, Peter Lombaert, Yves de Marnix de Sainte Aldegonde (Graaf), Myriam Vanderlinden, Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart, Alan Pauwels, Miranda Cornet, Sophie Lafosse) principieel onderstaande modaliteiten goed, die zullen functioneren als krijtlijnen voor het subsidiereglement. Het reglement zal verder uitgewerkt worden rekening houdend met de verworven inzichten in de tussenperiode en zal ter goedkeuring voorgelegd worden op de gemeenteraad uiterlijk begin 2029.
Artikel 1: Doel en doelgroep
De gemeente wil de kostprijs voor het busvervoer in het kader van bezoeken aan het Begijntjesbad, de Bibliotheek en het cultuurcentrum Den Blank van kinderen uit de lagere scholen van Overijse gedeeltelijk compenseren vanaf schooljaar 2029-2030. Het gaat om alle kinderen van het eerste tot en met het zesde leerjaar. Scholen uit Overijse maken hierbij gebruik van extern busvervoer om hun leerlingen naar en van de Begijnhofsite te brengen. Conform het STOP-principe dient eerst onderzocht te worden of er een alternatief kan ingezet worden.
Artikel 2: Voorwaarden
§1. Enkel het busvervoer tussen de school en de Begijnhofsite wordt gedeeltelijk gecompenseerd.
§2. De school maakt mogelijk dat elke leerling per schooljaar:
Artikel 3 : Subsidie
De financiële compensatie wordt berekend pro rata het aantal plaatsen in de lagere school (capaciteit) voor kinderen van het eerste tot en met het zesde leerjaar, aan 4,00 euro per bezoek aan de Begijnhofsite voor 15 bezoeken per schooljaar. De subsidie kan nooit hoger zijn dan de effectieve kost die betaald wordt aan de externe busmaatschappij.
Artikel 4 : Aanvraag
De financiële compensatie kan aangevraagd worden via een formulier op de website van de gemeente op het einde van elk schooljaar, tussen midden juni en 31 augustus en dient vergezeld te zijn van het betaalbewijs aan de busmaatschappij en de factuur van de busmaatschappij dat een overzicht biedt van het georganiseerd busvervoer.
Artikel 5 : Uitbetaling
§1. De uitbetaling gebeurt in het eerste trimester van het schooljaar nadien.
§2. De betaling gebeurt op het rekeningnummer opgegeven door de betrokken school.
Artikel 6 : Inbreuken
Inbreuken op de reglementering en bepalingen, vermeld in dit reglement, kunnen aanleiding geven tot niet-uitbetaling of terugvordering van het subsidiebedrag.
Het eredienstendecreet bepaalt dat elke gemeente vanaf 1 juni 2025 een kerkenbeleidsplan dient te hebben. Een kerkenbeleidsplan is een schriftelijk document dat een lokaal gedragen langetermijnvisie bevat voor alle parochiekerken op het grondgebied van de gemeente. Het kerkenbeleidsplan dient goedgekeurd te worden door het representatief orgaan van de rooms-katholieke eredienst en door het gemeentebestuur.
Dit voorstel biedt een kader voor het toekomstgericht beheer van de volgende gebouwen bestemd voor de rooms-katholieke eredienst op het grondgebied van Overijse:
Alle hierboven vermelde gebouwen werden geïnventariseerd en geïnspecteerd door de dienst Facilitair Beheer van het lokaal bestuur Overijse en Monumentenwacht Vlaams-Brabant. Daarbij werd niet alleen de bouwkundige toestand geëvalueerd, maar ook de erfgoed- en cultuurhistorische waarden werden in kaart gebracht. Op basis van de inspectieverslagen werd een raming gemaakt van de noodzakelijke instandhoudingswerken.
Tegelijk werd in 2024, onder begeleiding van Parcum, een stuurgroep samengesteld met vertegenwoordigers van het lokaal bestuur Overijse, het centraal kerkbestuur en vertegenwoordigers van de kerkelijke overheid. Deze stuurgroep onderzocht eveneens welke noden en mogelijkheden er bestaan voor her- of nevenbestemming van deze gebouwen, en dit met oog op een gedragen en duurzaam beleid. De stuurgroep kwam op regelmatige tijdstippen samen en ging in dialoog met alle betrokken partijen. De overlegmomenten vonden plaats op: 3 mei 2024, 9 juli 2024, 10 september 2024, 28 november 2024, 22 januari 2025 en 10 april 2025.
Het kerkenbeleidsplan werd op 27 mei 2025 voor goedkeuring overgemaakt aan het bisdom en werd op 10 juni 2025 door de Vicariale raad en hulpbisschop goedgekeurd.
Het religieus erfgoed van de gemeente Overijse vormt een essentieel onderdeel van het lokale culturele landschap. In een context van maatschappelijke veranderingen en dalende participatie aan de rooms-katholieke eredienst is het echter noodzakelijk om het gebruik en het beheer van deze gebouwen duurzaam te herdenken.
Het pastoraal plan geeft echter aan dat alle kerkgebouwen in Overijse (deels) benut worden in kader van religieuze activiteiten en dat momenteel geen enkel gebouw in aanmerking komt voor herbestemming. Het centrale kerkbestuur staat echter wel open voor nevenbestemmingen.
Het voorstel omvat om voor elk gebouw een participatietraject op te starten waarbij men de lokale noden in kaart brengt. Het nevengebruik zal maximaal worden nagestreefd en gestimuleerd. Hiervoor werden de randvoorwaarden duidelijk omschreven in het plan. Bijkomende investeringen (naast de huidige voor instandhouding voorzien in het nieuwe meerjarenplan) of herbestemmingen, zijn slechts verantwoord als blijkt dat de bezettingsgraad van de gebouwen sterk kan worden verhoogd en/of belangrijke noden worden ingevuld (met andere woorden als ze ook renderen/meerwaarde brengen).
Naast de zoektocht naar nevenbestemmingen voor de optimalisatie in ruimtegebruik is er een aanzienlijke hoeveelheid instandhoudingswerken noodzakelijk. Het is belangrijk dat het meerjarenplan een financieel kader vastlegt waarbinnen de administratieve diensten volgens prioriteit de inbreuken kunnen aanpakken. Een door de gemeenteraad goedgekeurd actueel kerkenbeleidsplan is dan ook noodzakelijk om als eigenaar in aanmerking te komen voor subsidies of premies, zowel voor beschermde kerken (Agentschap Onroerend Erfgoed) als voor niet-beschermde kerken (Agentschap Binnenlands Bestuur). Daarom kan de gemeenteraad enkel goedkeuring geven aan investeringsuitgaven voor de gebouwen van de eredienst waarvoor overeenstemming bestaat over de toekomstige functie zoals vermeld in het actuele kerkenbeleidsplan.
De stuurgroep zal instaan voor de opvolging van het goedgekeurde kerkenbeleidsplan en het bevorderen in de uitvoering ervan. De rapportage zal gebeuren aan het decretaal overleg waarvan het verslag steeds bezorgd wordt aan het college van burgemeester en schepenen en het centrale kerkbestuur. Wijzigingen aan het kerkenbeleidsplan worden vanuit de stuurgroep geadviseerd en opgenomen in een addendum aan dit kerkenbeleidsplan na goedkeuring door het bisdom en door de gemeenteraad van Overijse.
De mogelijke financiële implicaties dienen vertaald te worden in het volgende meerjarenplan.
De noodzakelijke investeringen voor de instandhouding van de kerkgebouwen werden in kaart gebracht op basis van de inspectieverslagen van Monumentenwacht. Het is belangrijk dat het meerjarenplan voor de gebouwen in eigendom van de kerkbesturen een enveloppe vaststelt voor haar tussenkomst in de investeringen via investeringstoelagen (2026-2031). Om te voldoen aan alle opmerkingen van Monumentenwacht inzake de instandhouding van de vier kerkgebouwen in eigendom van de kerkbesturen is een investeringsbedrag van ongeveer 2,3 mio euro nodig. Daarin zijn geen aanpassingswerken in het kader van bijkomend nevengebruik voorzien. Uit deze vooropgestelde investeringen schuift de dienst Facilitair Beheer een lijst met prioritair aan te pakken werken naar voren, voor een totaalbedrag van ongeveer 280.000 euro. Deze investeringen kunnen mogelijk in aanmerking komen voor een subsidie van maximaal 30%. Teneinde de nodige ruimte te laten voor mogelijke aanpassingswerken in functie van nevengebruik, dient een totale investeringstoelage van 350.000 euro te worden voorzien in de meerjarenplannen van de kerkbesturen.
Daarnaast is een investeringsbedrag van 3,3 mio euro nodig voor de instandhoudingswerken aan de gebouwen in eigendom van de gemeente. Gezien de visie bestaat om deze gebouwen ook op de langere termijn te blijven inzetten in functie van de eredienst, worden deze investeringen door de dienst Facilitair Beheer allen als prioritair gezien. Deze kredieten dienen niet als investeringstoelage voor de kerkfabrieken te worden voorzien, maar dienen mee opgenomen te worden in de gemeentelijke investeringsbudgetten voor het meerjarenplan. De investeringen aan beschermde gebouwen kunnen in aanmerking komen voor een maximale subsidie van 60%.
Enig artikel
De gemeenteraad keurt het als bijlage toegevoegde Kerkenbeleidsplan Overijse goed.
De jaarrekening 2024 werd door de kerkraad als volgt afgesloten:
REKENING | EXPLOITATIE | INVESTERINGEN |
ontvangsten: | 25.808,94 | 0,00 |
uitgaven: | -25.202,76 | 0,00 |
= saldo eigen boekjaar: | 606,18 | 0,00 |
overschot/tekort vorig boekjaar: | 1.288,70 | 0,00 |
gemeentetoelage: | 0,00 | 0,00 |
=resultaat van het boekjaar: | 1.894,88 | 0,00 |
De jaarrekening 2024 werd positief afgesloten en mag gunstig geadviseerd worden door de gemeenteraad.
Geen.
Artikel 1
De gemeenteraad verleent gunstig advies over de jaarrekening 2024 van de protestantse kerk Tervuren/Overijse.
Artikel 2
Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, het betrokken kerkbestuur en aan de gemeente Tervuren.
Op 20 januari 2023 werd het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen (nieuwe BVR RPR) goedgekeurd.
Het vorig besluit dateerde van 2007 voor de gemeente en 2010 voor het OCMW. Naast deze besluiten zijn er nog een aantal andere wettelijke teksten die als basis dienden voor de rechtspositie van het personeel, onder andere het besluit betreffende de toekenning en vaststelling van het vakantiegeld, het besluit betreffende de externe personeelsmobiliteit, het ministerieel besluit tot vaststelling van de lijst van de erkende diploma’s, ...
Voorgaande besluiten verdwijnen bij de inwerkingtreding van het nieuwe BVR RPR.
Wat nog meer typerend is en overeenstemt met de uitgangspunten van het nieuwe BVR RPR is dat in 82 artikelen alles wordt geregeld. Een van de centrale uitgangspunten van het nieuwe BVR RPR is dat veel autonomie en keuzevrijheid gelaten wordt aan de lokale besturen. Het nieuwe BVR RPR regelt enkel de minimale voorwaarden, hierbinnen kan elk lokaal bestuur een eigen richting uitgaan. Besturen kunnen er ook voor opteren om de bestaande regelingen te behouden, voor zover die in overeenstemming zijn met het nieuwe BVR RPR.
Tegelijkertijd kan het nieuwe BVR RPR mogelijks ook de concurrentie tussen de lokale besturen aanwakkeren.
Teneinde gebruik te maken van de lokale autonomie die de Vlaamse Regering biedt maar tegelijk ook alert te zijn voor het risico op concurrentie met omliggende besturen, hebben de personeelsdiensten en managementteams van het lokaal bestuur Overijse en Tervuren samen de denkoefening aangegaan om hun rechtspositieregeling en achterliggend personeelsbeleid te herwerken. Dit gezien voor deze twee besturen de uitdagingen op vlak van personeelsinzet en structuur gelijkaardig zijn in de streek.
In een eerste fase is er daarbij de mogelijkheid om een aantal wijzigingen door te voeren met geen of beperkte financiële impact. Deze voornaamste aanpassingen situeren zich in de personeelsbeleidsdomeinen:
Tegelijk is de wens om de huidige twee rechtspositieregelingen (enerzijds 'gemeente en OCMW', anderzijds 'OCMW categorie 3'-personeel) samen te brengen in één RPR voor alle personeel. Daarnaast biedt dit ook de mogelijkheid om een aantal wettelijke wijzigingen te integreren zoals onder meer: implementatie IFIC, opvangverlof, pleegzorgverlof... In een latere fase, als onderdeel van de meerjarenplanning, is het de intentie om ook wijzigingen door te voeren met een explicietere financiële impact.
Deze wijzigingen werden besproken met de vakorganisaties (zie protocol als bijlage).
Het is wenselijk om binnen het kader van het nieuwe BVR RPR één rechtspositieregeling uit te werken voor:
Hiermee worden voornamelijk volgende aspecten behandeld:
Deze wijzigingen kunnen in werking treden vanaf 1 juli 2025 met uitzondering van de aspecten zoals opgesomd in het artikel betreffende de inwerkingtredingsbepalingen:
Enkel volgende aspecten brengen een beperkte rechtstreekse financiële impact met zich mee:
Toelage voor onderbroken diensten
Volgens de huidige uurroosters is deze toeslag enkel van toepassing voor toezichters die zowel ochtend als avond toezicht opnemen in de gemeentelijke basisscholen. Op basis van de prestaties van het voorbije schooljaar zal de ingeschatte meerkost op jaarbasis voor het invoeren van deze toelage maximaal 4.000 euro bedragen.
Doorlopen permanentie toelage ook tijdens oproep
Op basis van de gegevens van de voorbije jaren met betrekking tot oproepen tijdens permanentie bedraagt de geschatte meerkost maximaal 1.500 euro per jaar.
Pensioenpremie optrekken naar 40 euro/jaar (nu 35euro) bestuursanciënniteit met een maximum van 1.000 euro
De verwachtte meerkost voor het optrekken van de pensioenpremie met 5 euro bedraagt maximaal 1.000 euro op jaar basis.
Deze bedragen kunnen opgevangen worden in de voorziene personeelsbudgetten
Enig artikel
De gemeenteraad keurt de als bijlage toegevoegde rechtspositieregeling voor het personeel van de gemeente en het OCMW goed met ingang vanaf 1 juli 2025 met uitzondering van de aspecten zoals opgenomen in het artikel betreffende de inwerkingtredingsbepalingen.
In afwachting van een ruimere denkoefening over de personeelsinzet als onderdeel van de meerjarenplanning ontstaat vandaag reeds de nood om in aantal domeinen aanpassingen te doen aan organogram en formatie.
Deze wijzigingen werden voorgelegd aan de vakorganisaties.
Om de uitdagingen op vlak van data en digitalisering, dienstverlening binnen de dienst Omgeving en het aantrekken en houden van technische profielen, is het wenselijk het organogram en de formatie nu al aan te passen zoals toegevoegd als bijlage. Op die manier kunnen de nodige selectieprocedures in die zin worden opgestart.
Gelet op het vertrek van het afdelingshoofd Interne Zaken is het daarbij aangewezen om nu reeds de wijzigingen op vlak van rapportering aan te passen naar de algemeen directeur voor wat betreft de diensten Algemeen Secretariaat en Facilitair Beheer en naar de financieel directeur voor de diensten Informatiebeheer, Centrale Aankoopdienst en IT.
Om de organisatie de nodige ruimte te geven om de dienst Data & Digitalisering te kunnen vormgeven, is het wenselijk om het opzetten van deze dienst op te nemen in het organogram en de formatie vanaf 1 september 2025.
Volgende wijzigingen aan het organogram en de formatie hebben een financiële impact:
Deze wijzigingen brengen volgende geschatte kost met zich mee, voor gemeente 200.000 euro. Gelet op de doorlooptijd bij een selectieprocedure zal de kost pas vanaf 2026 aan de orde zijn. Deze kan worden meegenomen in de budgetten bij de meerjarenplanning.
Enig artikel
De gemeenteraad gaat akkoord met de wijziging aan het eengemaakt organogram en formatie van OCMW en gemeente Overijse zoals hieronder weergegeven en ook toegevoegd als bijlage:
Het Gemeentelijk Instituut voor Toekomstgericht Onderwijs Overijse, GITO Overijse, heeft vorige schooljaren capaciteitsbepalingen voorgelegd voor de eerste graad en voor de tweede en derde graad.
Als de capaciteit is bereikt, dient het schoolbestuur het desbetreffende niveau volzet te verklaren. Een leerling kan pas geweigerd worden voor een bepaald niveau nadat een volzetverklaring voor het desbetreffende niveau gecommuniceerd is. Vanaf dan weigert het schoolbestuur elke bijkomende inschrijving, chronologie is dus het criterium.
In een graad/onderwijsvorm waarvoor de school een minimumpakket krijgt toegekend door de hogere overheid, kan de inschrijving van een leerling tijdens het schooljaar van toekenning niet worden geweigerd op basis van een volzetverklaring. Een minimumpakket wordt elk schooljaar aangepast aan het aantal leerlingen op 1 februari. De capaciteit dient dus elk schooljaar herbekeken te worden. Voor schooljaar 2025-2026 zijn er minimumpakketten voor onderstaande graden en kunnen er dus geen leerlingen geweigerd worden:
Het college van burgemeester en schepenen beoogt met de (vernieuwde) schoolinfrastructuur op de Markthalsite een maximum capaciteit voor heel het GITO van 372 leerlingen.
Op dit moment zijn er 16 leerlingen ingeschreven in OKAN, waarvan er 4 uitstromen na schooljaar 2024-2025.
Dit werd besproken op het ABC-overleg (Afzonderlijk Bijzonder Comité) van 11 juni 2025.
De directeur van GITO Overijse acht het noodzakelijk om per klas een maximumcapaciteit vast te leggen. Dit om ervoor te zorgen dat de school leerlingen kan weigeren wanneer klassen te groot worden.
Voor de richtingen waarvoor er minimumpakketten zijn toegekend worden geen leerlingen geweigerd. Voor de andere richtingen wil de school een maximumcapaciteit vastleggen die rekening houdt met de contouren van een totale schoolcapaciteit van 372 leerlingen. Voor zittende leerlingen mag de school in overcapaciteit gaan per klas (zie omzendbrief S0/2022/02).
Het GITO Overijse legt volgend overzicht voor op basis van het huidig leerlingenaantal en de klascapaciteit:
Klas | Huidig leerlingenaantal |
Max. capaciteit |
Max. capaciteit* |
1A | 35 | 45 | |
1B | 11 | 12 | |
2B stem technieken | 10 | 10 | |
2B kunst en creatie | 10 | 10 | |
2A sport | 11 | 15 | |
2A kunst en creatie | 8 | 15 | |
2A stem technieken | 10 | 15 | |
2A stem wetenschappen | 7 | 15 | |
3 sportwetenschappen | 9 | 15 | |
3 technologische wetenschappen | 3 | 15 | |
3 houttechnieken | 1 | 12 | |
3 sport | 12 | 15 | |
3 grafische technieken | 12 | 12 | |
3 elektromechanische technieken | 6 | 12 | |
3 decor en etalage | 6 | 12 | |
3 mechanica | 3 | 12 | |
3 hout | 2 | 12 | |
4 sportwetenschappen | 8 | 15 | |
4 technologische wetenschappen | 2 | 15 | |
4 houttechnieken | 4 | 12 | |
4 sport | 12 | 15 | |
4 grafische technieken | 9 | 12 | |
4 elektromechanische technieken | 5 | 12 | |
4 decor en etalage | 7 | 12 | |
4 mechanica | 3 | 12 | |
4 hout | 6 | 12 | |
5 sportwetenschappen | 11 | 15 | |
5 technologische wetenschappen engineering | 6 | 15 | |
5 houttechnieken | 5 | 12 | |
5 sportbegeleiding | 0 | 15 | |
5 crossmedia | 5 | 12 | |
5 grafimedia | 5 | 12 | |
5 elektromechanische technieken | 16 | 12 | |
5 decor en etalage publiciteit | 9 | 12 | |
5 onderhoudsmechanica | 2 | 12 | |
5 binnen schrijnwerk | 6 | 12 | |
5 duaal auto | 1 | 10 | |
6 sportwetenschappen | 3 | 15 | |
6 technologische wetenschappen engineering | 5 | 15 | |
6 houttechnieken | 3 | 12 | |
6 sportbegeleiding | 0 | 15 | |
6 crossmedia | 2 | 12 | |
6 grafimedia | 0 | 12 | |
6 elektromechanische technieken | 9 | 12 | |
6 decor en etalage publiciteit | 5 | 12 | |
6 onderhoudsmechanica | 3 | 12 | |
6 binnen schrijnwerk | 1 | 12 | |
6 duaal auto | 3 | 10 | |
7 operator CNC gestuurde houtbewerkingsmachines duaal | 0 | 10 | |
7 daktimmerman duaal | 1 | 10 | |
7 interieurbouwer duaal | 1 | 10 | |
7 onderhoudsmecanicien zware bedrijfsvoertuigen duaal | 2 | 10 | |
7 polyvalent mecanicien personenwagens en lichte bedrijfsvoertuigen duaal | 5 | 10 | |
Totaal | 321 | 287 | 412 |
* dit zijn richtingen waar minimumpakketten aan zijn toegekend door AGODI (Agentschap voor Onderwijsdiensten).
Om die reden wil het GITO Overijse graag leerlingen weigeren op basis van de maximumcapaciteit, 372 leerlingen, en op de maximumcapaciteit waar er geen minimumpakketten zijn.
Wat betreft de regeling voor OKAN wordt volgende redenering toegepast:
Geen.
Artikel 1
De gemeenteraad keurt volgende capaciteitsbepaling goed en dit vanaf schooljaar 2025-2026. Deze capaciteitsbepaling zal jaarlijks worden geëvalueerd.
Klas | Huidig leerlingenaantal | Max. capaciteit |
Max. capaciteit* |
1A | 35 | 45 | |
1B | 11 | 12 | |
2B stem technieken | 10 | 10 | |
2B kunst en creatie | 10 | 10 | |
2A sport | 11 | 15 | |
2A kunst en creatie | 8 | 15 | |
2A stem technieken | 10 | 15 | |
2A stem wetenschappen | 7 | 15 | |
3 sportwetenschappen | 9 | 15 | |
3 technologische wetenschappen | 3 | 15 | |
3 houttechnieken | 1 | 12 | |
3 sport | 12 | 15 | |
3 grafische technieken | 12 | 12 | |
3 elektromechanische technieken | 6 | 12 | |
3 decor en etalage | 6 | 12 | |
3 mechanica | 3 | 12 | |
3 hout | 2 | 12 | |
4 sportwetenschappen | 8 | 15 | |
4 technologische wetenschappen | 2 | 15 | |
4 houttechnieken | 4 | 12 | |
4 sport | 12 | 15 | |
4 grafische technieken | 9 | 12 | |
4 elektromechanische technieken | 5 | 12 | |
4 decor en etalage | 7 | 12 | |
4 mechanica | 3 | 12 | |
4 hout | 6 | 12 | |
5 sportwetenschappen | 11 | 15 | |
5 technologische wetenschappen engineering | 6 | 15 | |
5 houttechnieken | 5 | 12 | |
5 sportbegeleiding | 0 | 15 | |
5 crossmedia | 5 | 12 | |
5 grafimedia | 5 | 12 | |
5 elektromechanische technieken | 16 | 12 | |
5 decor en etalage publiciteit | 9 | 12 | |
5 onderhoudsmechanica | 2 | 12 | |
5 binnen schrijnwerk | 6 | 12 | |
5 duaal auto | 1 | 10 | |
6 sportwetenschappen | 3 | 15 | |
6 technologische wetenschappen engineering | 5 | 15 | |
6 houttechnieken | 3 | 12 | |
6 sportbegeleiding | 0 | 15 | |
6 crossmedia | 2 | 12 | |
6 grafimedia | 0 | 12 | |
6 elektromechanische technieken | 9 | 12 | |
6 decor en etalage publiciteit | 5 | 12 | |
6 onderhoudsmechanica | 3 | 12 | |
6 binnen schrijnwerk | 1 | 12 | |
6 duaal auto | 3 | 10 | |
7 operator CNC gestuurde houtbewerkingsmachines duaal | 0 | 10 | |
7 daktimmerman duaal | 1 | 10 | |
7 interieurbouwer duaal | 1 | 10 | |
7 onderhoudsmecanicien zware bedrijfsvoertuigen duaal | 2 | 10 | |
7 polyvalent mecanicien personenwagens en lichte bedrijfsvoertuigen duaal | 5 | 10 | |
Totaal | 321 | 287 | 412 |
* dit zijn richtingen waar minimumpakketten aan zijn toegekend door AGODI (Agentschap voor Onderwijsdiensten).
Artikel 2
De gemeenteraad gaat akkoord dat het aantal leerlingen in OKAN klassen wordt verlaagd naar 12 leerlingen en niet wordt meegerekend bij de totaalcapaciteit van 372 leerlingen.
Agendapunt niet voorkomende op de agenda wordt met eenparigheid van stemmen bij hoogdringendheid voorgelegd aan de gemeenteraad, gelet op het Decreet Lokaal Bestuur, in het bijzonder artikel 23.
De burgemeester kan op grond van de artikelen 134, §1 en 135, §2 Nieuwe Gemeentewet een gemotiveerde beslissing nemen waarbij maatregelen worden genomen om de openbare orde en de volksgezondheid te beschermen indien het geringste uitstel gevaar of schade zou kunnen opleveren voor de inwoners.
Dergelijke beslissing vervalt dadelijk indien het niet door de gemeenteraad in de eerstvolgende vergadering wordt bekrachtigd.
De burgemeester heeft op vrijdag 20 juni 2025 te horen gekregen dat er betoging zou plaatsvinden op maandag 23 juni 2025. Het is de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen op te stellen. In dit geval was er echter sprake van hoogdringendheid, enerzijds om de openbare orde te kunnen waarborgen en handhaven, en anderzijds omdat de eerstvolgende gemeenteraad pas plaatsvond op maandagavond 23 juni 2025, dus na de geplande betoging. Om snel te kunnen optreden, was het aangewezen dat de burgemeester een beslissing nam op basis van hoogdringendheid.
Op basis van artikel 134, §1 van het Decreet Lokaal Bestuur werd de burgemeestersbeslissing genomen waarbij:
De gemeenteraad dient de beslissing van de burgemeester van 20 juni 2025 te bekrachtigen.
Geen.
Artikel 1
De beslissing van de burgemeester van 20 juni 2025 houdende hoogdringende tijdelijke politieverordening 2025-35 betreffende veiligheidsmaatregelen naar aanleiding van de betoging 'Stop Arming Israel' op maandag 23 juni 2025, wordt met eenparigheid van stemmen bekrachtigd.
Artikel 2
Deze beslissing valt onder de bekendmakings- en meldingsplicht zoals voorgeschreven door artikelen 286 en volgende en 330 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Peter Lombaert namens met volgend aanvullend agendapunt:
'Hoeveel snelheidscontroles werden er de voorbije 6 jaar uitgevoerd in gebieden met zone 30?'
De burgemeester antwoordt:
'Deze vraag stel je best op de politieraad, gezien zij ook die controles doen.
In dit geval zal ik je de cijfers van het aantal controles geven van de afgelopen jaren.
2020: 5, 2021: 11, 2022: 6, 2023: 10, 2024: 6 en in 2025 (tot 18 juni): 10.'
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Peter Lombaert met volgend aanvullend agendapunt:
'Begin juni werd en de resultaten van het burgeronderzoek ‘de watermonsters’ vrijgegeven. De waterkwaliteit van de Ijse, de Laan en de Ziverbeek blijkt ronduit slecht te zijn. Wat gaat de huidige meerderheid doem van onze rivieren propere rivieren te maken? We hebben nog heel wat woningen, erger nog, hele wijken die niet aangesloten zijn op het rioleringsstelsel. Hoeveel woningen en welke wijken zijn nog niet aangesloten op het rioleringsstelsel? En waar zal Overijse investeren in het uitbreiden van het rioleringsstelsel of IBA’s (individuele behandelingsinstallatie voor afvalwater) ?'
Schepen Jan De Broyer antwoordt:
'In het onderzoek 'de watermonsters' werd enkel gezocht naar de aanwezigheid van E. colibacteriën. Deze bepaalt niet alleen de waterkwaliteit. Op de website: www.integraalwaterbeleid.be kan men lezen dat de waterkwaliteit van de IJse op goede weg is en dan vooral de biologie. Het probleem van de IJse is dat er nog te veel overstortwerking is, afstroom van landbouw naar de waterloop en ook inderdaad woningen en straten die nog via beken en grachten in de IJse lozen. Door de inspanningen van de voorbije jaren en de komende jaren met o.a. de projecten Herwaardering en dossier van de Belgiëlaan en aanpalende straten, zal de waterkwaliteit van de IJse alleen maar verbeteren.
Voor de Laan kunnen de resultaten ook gevonden worden op de website: www.integraalwaterbeleid.be. De goede waterkwaliteit lijkt haalbaar tegen 2027. De voorbije jaren is de waterkwaliteit verbeterd, maar hier is nog veel werk.
Vooral de integrale aanpak blijft belangrijk.'
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Tim Vloebergh namens FEL OVERIJSE met volgend aanvullend agendapunt:
'In de jaarrekening 2024 lazen we dat Overijse de ambitie heeft om een ondernemingsvriendelijke gemeente te zijn. De uitwerking van een lokaal economisch beleid blijkt echter afhankelijk te zijn van de aanwerving van een specialist lokale economie. Hoe staat het met deze aanwervingsprocedure?'
Schepen Leo Van den Wijngaert antwoordt:
'Het was vorige legislatuur al de intentie om een specialist lokale economie aan te werven, maar door de besparingsmaatregelen werd deze functie on hold gezet.
Het enige wat we toen hadden, was een samenwerking met een externe partner.
Vandaag lopen de besprekingen voor het nieuwe meerjarenplan. Het college van burgemeester en schepenen heeft aangegeven om deze functie daadwerkelijk te willen invullen, als dit gevolgd wordt door de gemeenteraad uiteraard.
De vacature zal dus ten vroegste voor november zijn.
We hebben ook al met Ondernemend Overijse en Unizo samengezeten. Voorlopig hebben we nog een samenwerking met CityD-wes als externe partner om alvast een aantal acties op poten te zetten.
We zijn dus in blijde verwachting.'
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Tim Vloebergh namens FEL OVERIJSE met volgend aanvullend agendapunt:
'Volgens de jaarrekening 2024 gaf de Minister van Mobiliteit groen licht voor de plaatsing van verkeerslichten op het kruispunt Waversesteenweg (N4) met de Abstraat en de Kerkstraat. Wat was de aanleiding voor deze aanvraag? En waarom zijn de verkeerslichten op dit moment niet aanwezig?'
Schepen Filip Boon antwoordt:
'Bedoeling is om een oversteekplaats met lichten te voorzien. Waarom staan die er nog niet? AWV (Agentschap Wegen en Verkeer) heeft voorlopig geen budgetten, maar dit zou nog voor het zomerreces goedgekeurd moeten worden.
Dit is geen gemeentelijke keuze, maar een beslissing van het Agentschap Wegen en Verkeer.'
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Tim Vloebergh namens FEL OVERIJSE met volgend aanvullend agendapunt:
'Op pagina 47 van de jaarrekening 2024 staat: 'AC000125 We vieren het Feest van de Vlaamse Gemeenschap In 2021 georganiseerd door Vlaams Komittee Deuivenstreek.' Kan de fout in het jaartal én de foutieve spelling van ‘Druivenstreek’ worden rechtgezet?'
De voorzitter van de gemeenteraad antwoordt:
'Wordt genoteerd'.
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Tim Vloebergh namens FEL OVERIJSE met volgend aanvullend agendapunt:
'Op 8 oktober 2024 ontving het gemeentebestuur een rapport over de stabiliteits- en veiligheidsproblemen op de Beiershofsite. Hierin werden 5 acute en 12 middellangetermijnproblemen (2–5 jaar) aangekaart. Wat is de stand van zaken? Welke maatregelen zijn reeds genomen en hoe worden de kortetermijnproblemen aangepakt in de komende maanden?'
Schepen Jeroen Van San antwoordt:
'Hierbij een korte stand van zaken: de kapel is nog altijd niet toegankelijk. De perimeter blijft. De vluchtweg is nog altijd aanwezig. De terrassen mogen nog altijd niet gebruikt worden.
2 van 5 problemen werden meteen aangepakt: 1) de zolder van BKO: de last mag zeker niet verzwaard worden. Tot op heden geen impact op hun werking en 2) het dakgebinte: het studiebureau is momenteel bezig met het bestek om de dakwerken te laten uitvoeren.'
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Tim Vloebergh namens FEL OVERIJSE met volgend aanvullend agendapunt:
'Onze fractie stelt vast dat het centrum van Overijse steeds verder aftakelt. Enkele concrete voorbeelden:
• Het Justus-Lipsiushuis blijft verder wegkwijnen
• De muur hier in de S-Bocht is rot, brokstukken vallen naar beneden.
• De parking van het Justus Lipsiusplein wordt opgelapt op een erfgoedonwaardige manier.
• De kerk is zwartgeblakerd van de roetaanslag.
• De Stationstraat zat 12 jaar vast in een juridisch geschil. Het proces werd in 2021 gewonnen, maar de straat ligt er 4,5 jaar later nog altijd even slecht bij.
• Er staat een woning van de gemeente te verkrotten in de Stationstraat, ooit ingekocht via voorkooprecht met de insteek van een sociaal woonaanbod te creëren.
• De Heuvelstraat wordt in de volksmond ondertussen al ‘de getto van Overijse’ genoemd. Zowel het wegdek als de grauwe omgeving maken het weinig aantrekkelijk.
Dit is Overijse onwaardig. Welke concrete stappen zal het bestuur zetten om deze situatie te verbeteren?'
Schepen Jeroen Van San antwoordt:
'Justus Lipsiushuis: Het architectenbureau zal binnenkort een bestek in de markt zetten voor de meest dringende instandhoudingswerken.
De muur en het Justus Lipsiusplein: AWV (Agentschap Wegen en Verkeer) trok in twijfel wie eigenaar is van de muur. Er werd in het verleden al vaker gesproken over het eventueel overkopen van de muur en het plein (sowieso geen eigendom van de gemeente).
Verkrotting van de woning: er is een aanbod gedaan naar Woontrots. We wachten op een antwoord.
Stationsstraat – Heuvelstraat: Op een zaterdagvoormiddag-rondleiding van de gemeenteraad werden er foto’s en beelden toegelicht. Hier zijn dus al plannen mee.
Kerk: ik zie inderdaad samen met u dat dit zwartgeblakerd is.'
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Tim Vloebergh namens FEL OVERIJSE met volgend aanvullend agendapunt:
'Tijdens fase 1 van de wegenwerken werd de Welriekende Dreef tijdelijk heropend. Na ongeveer een maand werd deze opnieuw afgesloten. De tijdelijke heropening zorgde voor een betere verkeersspreiding: bewoners van de wijken rond de Vuurgatstraat en Barbizon hoefden niet via de Esdoornlaan en de N4 naar Brussel of de ring te rijden. Ook werd vermeden dat zij door Hoeilaart moesten, waar gelijktijdig ook werken plaatsvinden. Tijdens de vorige gemeenteraad werd gevraagd om de Dreef opnieuw te openen. Er zou overleg volgen met Hoeilaart.
• Wat was de uitkomst van dat overleg?
• Waarom is het nodig dat Hoeilaart hierin betrokken wordt?
• Kan Overijse hierover niet autonoom beslissen?'
Schepen Filip Boon antwoordt:
'De oorzaak van het extra verkeer zijn de werken aan het Leonardkruispunt. We hebben hier jammer genoeg weinig om handen.
De afsluiting van de Welriekende dreef is er niet zomaar gekomen op het eind van vorige legislatuur. Er reden tot 4.000 auto’s door om daar de inrit van de Ring te bereiken.
Deze oprit is eigenlijk niet conform.
De tijdelijke opening is er gekomen door de uitzonderlijke situatie (brug Jezus-Eik). Er reden toen 1.000 auto’s per dag door, waarvan de helft niet van de wijk zelf was.
De vrees bestaat dat als we dit nu zouden open stellen we opnieuw sluipverkeer zouden krijgen met een slechte leefbaarheid voor de wijk tot gevolg.
Er zijn heel veel mensen voor een opening, maar evenzeer heel veel mensen tegen het openen van de straat.
Op dit moment is onze insteek dat de opening enkel mogelijk is in uitzonderlijke situaties.
We zijn met Hoeilaart in gesprek gegaan, want we willen ook voor hen een uitzonderlijke situatie vermijden.
Sinds vrijdag hebben we van Hoeilaart cijfers ontvangen. We zijn aan het bekijken wat we hieruit kunnen halen.
Op het eerste zicht lijkt de toename van het verkeer beperkt te blijven tot 10%, maar dit moet van naderbij bekeken worden.
We willen ook kijken hoe de werken aan het Leonard verder evolueren. Er zijn ook nog andere werven in Overijse en in de buurgemeenten gepland, dus we zullen dit verder moeten onderzoeken.'
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Op 18 juni 2025 ontving het gemeentebestuur een e-mail van gemeenteraadslid Pierre-Emmanuel Dumont de Chassart met volgend aanvullend agendapunt:
'Gebruik van smartphones op school is de laatste jaren sterk in de lift. Schermtijd maar ook sociale media hebben een bewezen negatieve impact op de groei van onze kinderen. Er bestaan in Vlaanderen acties om ouders en scholen hierrond te sensibiliseren. Een voorbeeld hiervan is 'Kids Unplugged'. Bij de gemeentelijke scholen zijn er al enkele generieke artikelen rond smartphonegebruik en cyberpesten in de schoolreglementen, wat zeker al een goeie eerste stap is. Zijn er vanuit de gemeente plannen om actief smartphonegebruik bij jonge kinderen te ontraden? Wat is het standpunt van de gemeente hierin en kan er wat meer informatie komen over eventuele plannen?'
Schepen Joke Lenseclaes antwoordt:
'De Vlaamse overheid bezig is met een nieuwe wetgeving rond smartphoneverbod vanaf 1 september 2025.
De Vlaamse Jeugdraad en de kinderrechtencoalitie staan hier kritisch tegenover.
Op lokaal niveau hebben wij ook enkele acties, vb. 'weerbaar op het web', een workshop voor leerkrachten en ondersteuners van het 4de, 5de en 6de leerjaar, gegeven door Pimento en gratis aangeboden door de gemeente.
Een andere actie, 'vibe-check', was een affichecampagne van WAT-WAT (www.watwat.be) om een gezonde manier om met sociale media om te gaan te promoten.
Binnen de scholen van Overijse zijn er al een aantal eigen projecten lopende. Sommige scholen werken samen met Mediawijs.
We weten dat cyperpesten een aanwezig thema is. Dit bleek ook uit onderzoek van Jong Laweit. We willen een anti-pestbeleid in samenwerking met de scholen op ons grondgebied uitwerken.'
Geen.
Enig artikel
Het aanvullend agendapunt wordt besproken.
Vervolgens verklaart de voorzitter de vergadering voor gesloten.
Namens de gemeenteraad